In Complotdenkers, hoe gevaarlijk is het geloof in samenzweringstheorieën? staat internet uiteraard centraal. Althans, is de conditio sine qua non voor de enorme, vaak snelle verbreiding van complottheoriën waarin de bedenkers zich mogen verheugen.
‘Online zijn de mogelijkheden om je eigen gelijk bevestigd te zien groter dan bij traditionele media. Mensen delen verhalen via sociale media vooral als die in hun wereldbeeld passen. Voor ongemakkelijke waarheden lijkt geen plaats’, aldus Reijnders.
Die niet precies de grens afbakent tussen het beperken tot welgevallige informatie en complottheorie. Hij noemt GeenStijl en Fox News die floreren met subjectieve berichtgeving. Wellicht is Trump-site Breitbart boeiender om te onderzoeken waar leugen persistent wordt, tot je kunt spreken van een complottheorie.
Aluhoedjes
Maarten Reijnders, internetjournalist van het eerste uur met het onvolprezen Smallzine, weerlegt in Complotdenkers eerst een eigen vooroordeel: dat het gaat om zonderlinge en solitaire eenlingen achter een scherm. Hij zocht ze op: ‘Ze waren zonder uitzondering vriendelijk. Van de boosheid die de onbegrepen complotdenker op internet vaak kenmerkt, zag ik bij de bezoeken niets terug.’
Dus: ‘Samenzweringsgeloof ontstaat niet in een vacuüm. Veel complotdenkers omringen zich met gelijkgestemden: ze zoeken elkaar op. Op internet natuurlijk. Maar ook gewoon thuis, in het café en tijdens congressen en bijeenkomsten.’
De vragen die niettemin resteren: wat onderscheidt de complotdenkers of ‘aluhoedjes’ dan wel? Hoe ontstaan de kronkels in hun hersenen? Hoe kan het dat ze zo radicaal anders naar de wereld lijken te kijken?
Een hard antwoord ontberen die vragen. Het complotdenken wordt vergeleken met religie (‘aspirientje voor de ziel’) en één pagina verder met sektarisme: de neiging om kleine groepen te vormen die de waarheid in pacht menen te hebben.
De vergelijking met religies boeit evenzeer: grote groepen mensen die de waarheid in pacht menen te hebben. Of, voor mijn part dus ook, politieke stromingen. Dan luidt de vraag: waarom zijn communisme, katholicisme geen complottheorie en '9/11 door de Amerikaanse regering georkestreerd', of de ‘wereldregering Bilderberg’ dat wel?
Of nog vager: waarom houden mensen krampachtig vast aan hun opvattingen, vaak tegen beter weten in? Of kernachtiger: waarom wordt de ratio in wereldbeelden zo eenvoudig overwoekerd door gevoel en vooroordeel? Of, net zo actueel: waarom worden wetenschap en journalistieke feiten als ‘ook maar een mening’ beschouwd’?
Of nog belangrijker: hoe voorkomen we dat het giftige mengsel van haat, leugen en complot, zo virulent aanwezig in bijvoorbeeld Rusland, en meer en meer ook in onze contreien, tot een volgende gewapende strijd leidt?
Demmink ‘onschuldig’
Zover komt Maarten Reijnders niet in zijn boek, maar de ondertitel gaat wel in die richting: hoe gevaarlijk is het? Doorgaans is complotdenken ongevaarlijk. Maar als een groot deel van de bevolking zich laat ophitsen dan kan het verkeerd lopen. Vooral voor minderheden, zoals Joden in het Derde rijk en communisten onder Joe McCarty in de VS.
Het accepteren van leugens als waardevolle meningen brengt ons op glibberige paden, zo concludeert Maarten Reijnders. Hij heeft daartoe overtuigend een groot aantal voorbeelden op een aantrekkelijke manier journalistiek en gevarieerd gepresenteerd. Voor de liefhebbers van broodje aap is ‘complotdenkers’ zeker een aanrader.
Ook voor de velen die de zaak-Demmink belangrijk vinden en vooral de rol daarin van Micha Kat, degene onder de ‘zware complotdenkers’ die de meeste aandacht krijgt in het boek.
Maarten Reijnders doet de kwestie-Demmink af als louter een complot. Immers, geen bewijs ondanks verscheidene rechercheonderzoeken en verwoording van vermoedens van pedofilie in serieuze kranten als vooral NRC en Telegraaf (Volkskrant was sceptischer).
Overal rook, zelfs rookwolken en, beter misschien, rookgordijnen; en zelfs een min of meer bekentenis van Demmink dat hij niet altijd naar de leeftijd van jongens vroeg. Maar nog steeds: zonder hard bewijs geen juridische schuld. Ik vind dat moedig van Reijnders. Die weet dat de volgende lading drek hem dan te wachten staat.
Hetzelfde laken een pak voor het aanwijzen van ‘de klusjesman’ als dader in de Deventer Moordzaak, door een online amateurrecherchegezelschap onder leiding van Maurice de Hond. Dus een ‘zware complotdenker’ volgens Reijnders. Een pittige conclusie voor een opinieleider, die weliswaar nimmer van het eigen gelijk is af te brengen, maar wel rationeel argumenteert en ook feiten aandraagt.
Met een wat luchtige blik op de materie laten de bijna 300 pagina’s van ‘Complotdenkers’ zich ook als een humoristisch boek lezen.
Een aanrader, ook voor degenen die nog nooit enige waarde hebben gehecht aan wat later niet waar bleek te zijn.