Miljarden aan ict in onderwijs zijn verspilde investeringen

Ict in onderwijs pakt slecht uit voor traditionele toetsresultaten

Ict bracht geen beter onderwijs, ondanks miljarden die erin zijn gepompt. Pisa onderzocht het effect van ict in onderwijs in de periode 2009-2012. Dat werd direct munitie in het heftige debat over SteveJobsScholen van Maurice de Hond. Waar ligt de nuance?

Students, Computers and Learning - Making the Connection heet het rapport. Het kwam op 15 september 2015 uit. De belangrijkste uitkomst van Pisa, voor de periode 2009-2012: in landen met intensieve inzet van ict waren de resultaten in de traditionele Pisa-toetsen van 15-jarigen voor rekenen, taal en natuurkunde het slechtst. Gematigde ict-inzet was gunstig, maar het best deden de landen het met de minste inzet van ict, zoals Korea.

Uit het voorwoord en de conclusie:

* Dit rapport voorzien voor het eerst in internationaal vergelijkende analyse van de digitale vaardigheden die leerlingen hebben opgedaan, en van de leeromgevingen die ontwikkeld zijn om deze vaardigheden te ontwikkelen;

* Deze analyse toont aan dat de realiteit in onze scholen aanzienlijk achterloopt op de belofte van de technologie;

* De invloed van computergebruik op school op het resultaat van leerlingen is op zijn best gemengd; bescheiden computergebruik leidt tot betere resultaten dan geen computergebruik, maar leerlingen met frequent gebruik doen het een stuk slechter in de meeste resultaten;

* Zware ict-investeringen bieden geen verbeteringen in lezen, wiskunde en natuurkunde (‘science’). En wellicht is het meest teleurstellend dat technologie nauwelijks helpt om de kloof tussen begaafde en minder begaafde kinderen te overbruggen;

* In landen waar leerlingen internet frequent gebruiken, daalden hun prestaties in taal;

* In 2012 had 96 procent van de 15-jarige leerlingen in de Oeso-landen thuis een computer en gemiddeld 72 procent zei op school een (desktop, laptop of tablet) computer te gebruiken;

* Maar 42 procent van de leerlingen in Korea en 38 procent van de leerlingen in ‘Shanghai-China’ zeiden computers op school te gebruiken; en ze presteerden het best in de toetsen;

* Het suggereert dat vele van de vaardigheden om online goed te werken ook geleerd kunnen worden met conventionele leermethoden en –middelen;

* Ict leidt alleen dan tot betere leerprestaties in sommige contexten, bijvoorbeeld wanneer software en internetverbindingen leiden tot meer studietijd en oefeningen. Ook in taken met veel samenwerking kan ict  tot verbetering leiden;

* Je kunt beter het accent leggen op goed onderwijs in taal en rekenen dan te investeren in ict. Ook wat betreft betere vaardigheden in de digitale wereld

* Kinderen die thuis langdurig op de computer zaten waren eenzamer op school, kwamen vaker te laat of helemaal niet.

Bij dat laatste wordt overigens een oorzakelijk verband gesuggereerd dat ook net zo goed andersom kan werken. Verder valt er op de inhoud van het rapport weinig aan te merken.

Gisssen naar de oorzaken

Pisa-chef Andreas Schleicher erkent ruiterlijk dat ict ‘valse hoop heeft gewekt’. Hij maakt een fraaie opsomming van een hele serie mogelijke oorzaken van de telerustellende resultaten zoals gebrekkige digitale vaardigheden van leraren (en leerlingen), naïeve toepassing en implementatie van ict en magere kwaliteit van software.

De onderzoekers vermoeden dat het ict-gebruik (tussen 2009 en 2012) te veel afleiding bood en concentratie hindert. En bovendien gemakzucht in de hand werkt die het beklijven van verkregen informatie eerder tegengaat dan verder helpt. Ten derde kan het interactie tussen leraar en leerling beperken.

Het is volgens Schleicher de uitdaging die tekortkomingen aan te pakken in de 21e eeuw. Hij vindt immers: “Technologie is de enige weg om de toegang tot kennis aanzienlijk te verbeteren.” Let wel: toegang, niet a priori de toepassing en nut van kennis.

Ook houdt hij de mogelijkheid open dat de pedagogiek van de 20e eeuw onvoldoende aansluit op ict om volop te profiteren van technologie van de 21e eeuw. Dat is, uiteraard, nog een vermoeden.

Debat SteveJobsscholen

Op Netkwesties is fel gedebatteerd over Steve JobsScholen met de iPad als belangrijkste leermiddel, met name tussen Hans Schnitzler en Maurice de Hond. We probeerden in artikelen in juli 2013 en in september 2013 een middenweg te vinden. Het Pisa-rapport was binnen de kortste keren reden om deze discussie weer op te pakken.

Zoals door Aleid Truijens van de Volkskrant – tegenstander van het iPad-optimisme - in haar column van zaterdag 19 september 2015. In de krant stond daarboven de kop ‘Ict heeft valse hoop gewekt’. In het online archief staat die column ook, met als kop ‘De computer moet een middel worden, geen oplossing’. Voortschrijdend inzicht? Nee, de tekst in print en digitaal verschilt niet. Uit deze column:

“De enorme investeringen in ict in het westerse onderwijs betalen zich vooralsnog nergens uit. Dat moet een domper zijn voor de gelovigen. En voor de groeimarkt van digitaal lesmateriaal. De conclusies liegen er niet om.

…Opmerkelijk is deze uitkomst: wie iets oldskool heeft geleerd, kan die vaardigheid makkelijk digitaal toepassen; andersom is dat niet het geval. De Aziatische kinderen die op papier zo goed lezen en rekenen, kunnen uitstekend uit de voeten op de computer, zij scoren óók digitaal beter in die vakken.”

Maurice de Hond

Dat liet Maurice de Hond, bedenker van de Steve Jobsscholen, niet over zijn kant gaan. Hij schreef een opiniestuk voor de Volkskrant, gepubliceerd op 23 september 2015. De kop: ‘Ict kan juist wel goed op scholen gebruikt worden’.

De Hond suggereert dat Truijens afgaat op nieuwsberichten en het onderzoek nauwelijks las. Het Pisa-onderzoek betrof niet ‘de afgelopen tien jaar’, zoals ze schreef, maar de periode 2009-2012.

Niet alleen ontbrak de iPad nog, ook betrof het onderzoek niet de jongste generaties die met tablets en smartphones zijn grootgebracht. De Hond erkent wel de conclusies van Pisa, maar vindt die kennelijk volkomen onbelangrijk want niet van toepassing.

De Hond: “De kop op de Oeso-site luidt: 'Nieuwe benadering nodig om op scholen profijt te kunnen trekken van de mogelijkheden van de technologie'.

Het zou mijn kop kunnen zijn. En in het voorwoord schrijft de directeur van de afdeling onderwijs: 'We zijn blijkbaar nog niet goed genoeg om een pedagogie te ontwikkelen waarbij technologie optimaal wordt gebruikt: toevoegen van 21ste-eeuwse technologie aan 20ste-eeuwse lespraktijken lijkt de effectiviteit van die lespraktijken aan te tasten…

Terwijl Truijens zich op basis van dit rapport lijkt af te zetten tegen de vorm van onderwijs die ik voorsta, sluiten de aanbevelingen van de directeur van de Oeso precies aan bij de principes waarmee wij in 2012 begonnen met de Steve JobsSchool (ook wel iPadschool genoemd). Op die scholen voldoen we aan de oproep van de Oeso: een nieuwe schoolvorm scheppen met de iPad als middel. Wij gebruiken wel een 21ste-eeuwse pedagogie om kinderen voor te bereiden op het leven na 2025.'

Maria Montessorie

De Hond doopte zijn onderwijs als O4NT, Onderwijs voor een nieuwe tijd en stichtte ‘Steve Jobsscholen’ die ook ‘iPadscholen’ worden genoemd. Bij O4NT kun je onder de kopjes Ouderinformatie en Onderwijsprofessionals de theorie lezen en er is een handleiding, een brochure van 16 paginaatjes. Recent verscheen er een boek over met observaties van, en interviews over iPad-onderwijs, gemaakt door een journalist en betaald door O4NT. Bovenal is er groot enthousiasme van de betrokkenen.

Betekent dit nu dat de principes van de Steve JobsSchool ‘precies aansluiten’ bij de aanbevelingen van de directeur van de Oeso in zijn voorwoord bij het rapport?

Een gevalletje WC-Eend. De Hond kaapt het Pisa-rapport, zoals hij veel kritiek tot de zijne maakt. (‘Maar dat is precies wat ik zeg/bedoel.’). De aanbevelingen van de Pisa-chef zijn immers heel algemeen. Daarop kun je niet ‘precies’ aansluiting vinden. Ook is de methode O4NT nog lang niet uitgekristalliseerd. Niet op de laatste plaats is er geen onderzoek naar gedaan. Wellicht is het fenomenaal, misschien ook niet. Dat kun je aan de buitenkant bevestigen noch ontkennen, ook niet als je even gaat kijken.

 De Hond cs. stellen vast dat louter éénvormig klassikaal onderwijs niet langer soelaas biedt. Dat deden ook Maria Montessori cs. al. Zij bedachten materialen om kinderen individueel verstandiger te maken, O4NT neemt de iPad.

Is Montessorionderwijs beter dan ‘gewoon’ onderwijs? Betrokkenen weten zeker van wel. Net als Jenaplan- en Dalton-onderwijzers de waarheid in pacht hebben. Dat werkt al als een self fulfilling prophecy: geloof en toewijding van docenten op de iPadscholen zijn blijkens genoemd boek eveneens groot.

O4NT is op het oog een poging om ict integraal onderdeel te maken van een nieuwe onderwijsmethode. Anders dan computers de school inslepen met handhaving van traditionele leermethoden. Dat kan het verschil maken waardoor de conclusies van Pisa hierop niet van toepassing zijn. Boeiend is de vraag hoe exclusief de methode is, ook in het licht van de commerciële ondergrond. Open source is het kennelijk niet. 

Tweederangs

Dit weekend dient Aleid Truijens Maurice de Hond hard van repliek: “Als grootscheepse veranderingen in het onderwijs niet brengen wat enthousiaste propagandisten ons voorspiegelen, zie je in hun verdediging altijd dezelfde drie argumenten. 1. het systeem is nog niet overal volledig 'geïmplementeerd'; 2. de leerkrachten snappen het niet en voeren het slecht uit; 3. het is nog te vroeg voor conclusies.

Precies die drie argumenten gebruikt Maurice de Hond om te betogen dat ict in het onderwijs wél een succes is, ondanks dat een groot Oeso-onderzoek op het tegendeel wijst. Gelovigen zijn hardnekkig in hun aannames….

Volgens De Hond wijst het Oeso-onderzoek erop dat scholen nog niet klaar zijn voor ict en die verkeerd toepassen. Ik zou zijn voorbijgegaan aan die 'belangrijkste conclusies'. Ook een standaardreactie bij onwelgevallig onderzoek: de media geven het niet goed weer, journalisten begrijpen het niet.”

Ze doet ook een ongeloofsbelijdenis: “…als ik nu een jong kind had, zou ik zoeken naar een …school… die kinderen leert omgaan met ict, maar waar ze vooral goed leren lezen, schrijven en rekenen. Een school die veel doet aan literatuur, sport, tekenen en muziek. In het echt, niet als tweederangs ervaringen op een schermpje.”

De Hond reageert direct met de eis dat ongelovigen het wonder komen aanschouwen: “Is het niet bizar dat juist de mensen met de meest rabiate meningen niet ingaan op die uitnodiging? Truijens niet. Het bestuur van Beter Onderwijs Nederland niet. Terwijl ze er in hun columns en artikelen over onze onderwijsvernieuwing blijk van geven, geen flauwe notie te hebben van hoe het op onze scholen toegaat, scheppen ze een eigen beeld (alsof de kinderen vrijwel de hele dag met de iPad bezig zijn) en zetten zich daar -met waarneembare walging- tegen af.”

En dat zijn scholen leerlingen heel goed leren lezen, schrijven en rekenen en er veel tijd resteert voor sport en creatieve vakken; veelal zonder hoofdrol voor de iPad. En dat degenen die komen kijken direct zien hoe goed het onderwijs is.

En over het onderzoek van Pisa nu niet dat journalisten en criticasters daar niet van begrepen hebben maar wel dat het onderzoek geen nieuws bevat: “Ik had het Oeso-rapport niet nodig om te weten dat de wijze waarop scholen tot 2012 (de onderzoeksperiode van het rapport) gebruik maakten van computers, primitief of zelfs naïef was. Ik zeg dat al heel lang.”

Vroeger Abraham Kuyper, nu Steve Jobs

Vroeger had je Katholieke, Gereformeerde, Hervormde en ‘Algemene’ scholen in verzuild Nederland, waarvan de betrokken ook zeker wisten dat ze het heil brachten. Nu roept iedereen betrokken bij Dalton-, Jenaplan-, Montessori- en MauriceDeHondScholen dat de methode perfect is.

De Pisa-uitkomsten over ict en onderwijseffect zijn opzienbarend. Dat zou op z’n minst iedereen die met ict in het onderwijs werkt, met wat voor hard- en software en lesmethode dan ook, aan het twijfelen moeten brengen of hun specifieke toepassing adequaat is. Daaraan vooraf gaat de vraag wat je wilt bereiken met ict.

Twijfel is geen teken van zwakte, integendeel. Zeker als je experimenteert, of laten we het maar zo noemen, een startup begint in onderwijs, zou je moeten toegeven dat je experimenteert. Wie dat goed doet, maakt fouten. Om van te leren.

Wat te denken van startende ondernemers die zonder fouten experimenteren, daar blind voor zijn door kritiek alsmaar te pareren, of niet naar buiten durven te brengen waar het fout ging en gaat? Twijfel is geen misdaad voor mensen, integendeel. Behalve voor een gelovige, vroeger de volger van Abraham Kuijper, nu de volger van Steve Jobs. Gereformeerd onderwijs was overigens toegewijd en goed voor bepaalde groepen die erin geloofden, waarom O4NT dan niet voor degenen die erbij zweren?

Aleid Truijens houdt tenminste de mogelijkheid op dat de MauriceDeHondscholen de juiste weg gevonden hebben, al is haar afkeer tussen de regels door te lezen: “Ik ben erg vóór het stichten van nieuwe scholen en ben benieuwd naar de langetermijnresultaten van de iPad-scholen die De Hond voorstaat.”

Geestig was dat Hans Schnitzler zich beperkt tot tweets, het vluchtige medium dat hij bekritiseerde. Maar ook: he rests his case. Schnitzler in een tweet: “Ganzenveerschool? Vulpenschool? Krijtbordschool? Als de iPad slechts een middel is, zoals De Hond beweert, waarom dan een iPad-school?”

Hier bezondigt de filosoof zich aan het populisme van het digitale proletariaat waarvan hij gruwelt. Het is een inhoudelijk onjuiste uiting: we hebben scholen met etiketten die zijn afgeleid van methoden en (bijvoorbeeld Montessori)materialen.

Het rapport bevat nog wat aardige opmerkingen voor degenen die zich aan het debat wagen:

* Veel claims van onderwijsvernieuwers zoals flexibeler, beter op individuele leerlingen toegespitst en effectiever onderwijs, en betere onderlinge samenwerking vielen niet binnen het Pisa-onderzoek. Er is gekeken naar ict en naar de resultaten van de traditionele toetsen.

* Veel scholen en leraren in de 70 onderzochte landen hadden niet of nauwelijks invloed (!) op het tempo van ict-introductie in het onderwijs. Noch op het gebruik van software en de online interactie die dat met zich meebracht. Ze kregen het opgedrongen;

* Lezen en schrijven (tikken) worden steeds belangrijker in de sociale omgeving in plaats van spreekvaardigheid en het luisteren naar taal. Dat werpt vragen op voor het onderwijs en de maatschappij;

* Ook vindt verschuiving plaats van take die mensen worden uitgevoerd naar machines en software. Meer mensen moeten software maken terwijl ‘aan de onderkant’ van de arbeidsmarkt taken wegvallen. Dat is een onderwijskwestie op zich die belangrijker is dan wel of geen ipad, iRobot of iTomTom gebruiken;

* Er dreigt een grote onderwijscrisis door maatschappelijke veranderingen. Nederlands Onderzoek naar de ‘digitale kloof’ van Alexander van Deursen en Jan van Dijk wordt in het rapport geciteerd;

Tot slot waarschuwt het rapport voor overvloedige ‘irrationele angst en irrationeel enthousiasme’ over de invloed van technologie op ons leven en leren.

Dat kunnen de meeste deelnemers aan het debat in Nederland wellicht tot zich nemen alvorens aanhoudend hun gelijk te claimen.

Gepubliceerd

26 sep 2015
Netkwesties
Netkwesties is een webuitgave over internet, ict, media en samenleving met achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen.
Colofon Nieuwsbrief RSS Feed Twitter

Nieuwsbrief ontvangen?

De Netkwesties nieuwsbrief bevat boeiende achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen o.g.v. internet, ict, media en samenleving.

De nieuwsbrief is gratis. We gaan zorgvuldig met je gegevens om, we sturen nooit spam.

Abonneren Preview bekijken?

Netkwesties © 1999/2024. Alle rechten voorbehouden. Privacyverklaring

1
0