‘Begint de digitale samenleving uit de hand te lopen?’, vraagt Folkert Jensma in NRC Handelsblad van vorige week zaterdag af. (Bron) De aanleiding is het rapport ‘iOverheid’, dat op 15 maart jongstleden door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) werd aangeboden aan de regering. Het rapport vertelt over de grote hoeveelheden bestanden waar de gemiddelde burger zich in bevindt, met of zonder medeweten.
Vorige week schreef ik op deze plaats over de kluizenaar Jozef van den Berg, de prachtige poppenspeler en auteur, die van de ene op de andere dag besloot zich terug te trekken in een bomenhut. Dat was ruim twintig jaar geleden. De aanname is dat ook een kluizenaar, volgens voorzitter Kohnstamm van het College Bescherming Persoonsgegevens, in zo’n 250 bestanden van de Nederlandse overheid zal voorkomen. Met niets doen toch nog 250 vermeldingen krijgen, je zou het een afgeleide verdienste van de beschaving kunnen noemen. Niets is meer geheim, iets verstoppen is het unieke voorrecht voor paashazen geworden.
“Èn voor staatslieden”, dacht de staatsplanner van de oude stempel. Het was een goed plan, de geheime topontmoeting in Luxemburg. Niemand mocht het weten. We hebben het over een bijeenkomst, vorig weekend, waarbij de Griekse crisis zou worden besproken door een select groepje van Europese ministers van Financiën. Alleen de grote landen waren uitgenodigd: Frankrijk, Duitsland, Italië en Spanje.
En daarnaast ook Trichet, de president van de Europese Centrale Bank, en nog wat hooggeplaatste Europese heren. Ze gingen allemaal op bezoek in Luxemburg, op het kasteel van Senningen. Dus niet in het achteraf trouwzaaltje van een anonieme bruine kroeg, nee, een mooi groot kasteel moest het worden. Het was al uitgelekt op het internet nog voordat de uitnodigingen waren verstuurd. Een gerucht heeft maar een klein lekje nodig, één skypende ambtenaar was genoeg.
In een tijdsgewricht waarin Nederlandse wetenschappers constateren dat “de informatisering tot in de haarvaten van de overheden is doorgedrongen” denken een paar Europese regeringsleiders undercover bijeen te kunnen komen. Nederland was niet uitgenodigd, en dus stond minister de Jager op zijn achterste poten. Namens ons land staat hij borg voor zo’n 26 miljard euro. Hij was pijnlijk verrast en gepasseerd.
“Begint de digitale samenleving uit de hand te lopen?”, zo vraagt Jensma zich af. “Skype is kut”, zei het Nederlandse meisje aan het tafeltje naast me, op het terras. Het was in London, en ze zei het tegen een vriendin van haar. “Alles komt veel te dichtbij met Skype, het lijkt wel of ik thuis ben, bij mijn ouders, bij mijn zusje, ik zit bij hun aan tafel, het kan iedere dag, het kost niets, bijna heimwee, het is veel te makkelijk, te gewoon. Ik ben er mee gestopt. Het mag misschien nog één keer per week van mij. Niet meer dan dat.”
De technologie kent geen schaamte of schroom. Dat kan tot ongemakkelijke situaties leiden. Een geheime top blijkt niet lang geheim te zijn, het meisje wordt veel te dicht naar thuis gebracht. Maar uiteindelijk is het de mens die kiest, voor gebruik of misbruik. De technologie wikt, de mens beschikt.
Deze column is eveneens gepubliceerd inHet Financieele Dagblad.