Jolanda van Boven, expert in privacy op het snijvlak van zorg en veiligheid:

‘Angst voor privacyschending schadelijk voor bestrijding mensenhandel’

Gelieve op te houden met het frame van privacyschending, vindt Jolanda van Boven. Het staat hogere belangen in de weg, zoals bestrijding van mensenhandel. Ook met medisch beroepsgeheim is daaraan soms ondergeschikt, vindt ze.

Jolanda van Boven adviseert als jurist zorgorganisaties, gemeentes en het Coördinatiecentrum tegen Mensenhandel in Amersfoort (CoMensha). Van Boven verkent juridische grenzen om deze ernstige vorm van criminaliteit te helpen bestrijden. Ze merkt dat professionals terughoudend zijn om gegevens over mensenhandel uit te wisselen, omdat ze denken dat het strijdig is met Europese databescherming AVG.

Dit is een verkorte versie van een vraaggesprek uit ‘De Privacy Paradox’, een boek met veertien lange interviews en een analyse hoe we beter kunnen omgaan met de databescherming van de AVG in relatie tot andere grondrechten en belangen. Dit boek wordt uitgegeven door Privacy Management Partners in Utrecht

Wat vindt u van de AVG?

“Ik ben een groot fan van de AVG, want de schoonheid en logica vind ik fenomenaal. De introductie in 2018 was een enorme gebeurtenis, waardoor de AVG bekendheid kreeg. Echter, tegelijkertijd is er een geur omheen ontstaan van ontzettende strengheid, bevestigd door de houding van de toezichthouder AP die hoge boetes kan opleggen. Dit alles had grote angst tot gevolg, van de sportvereniging die roosters publiceert voor diensten tot aan scholen die geen foto’s meer durven publiceren.”

Welke gevolgen heeft dit voor de bestrijding van mensenhandel?

“Richtlijn 2011/36/EU voor de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers hanteert een multidisciplinaire, integrale en holistische benadering. Dit noodzaakt tot het multidisciplinair delen van informatie. Dat kan haaks staan op de interpretatie van de AVG in de hoofden van veel professionals: Ja, ik zou wel informatie willen delen, maar dat mag niet. Je kunt beter niks doen, want voordat je het weet, overtreed je de AVG.”

Terwijl mensenhandel een graadje erger is dan privacyschending?

“We zien mensenhandel als een van de grofste schendingen van de fundamentele rechten in de EU, dus de bestrijding ervan moet een prioriteit zijn. Het betekent dat je met een adelaarsblik moet kijken over meer terreinen, wat vereist dat betrokken organisaties samenwerken en dus informatie moeten uitwisselen. Dat gaat moeilijk. Onder meer gemeentes zien het probleem vaak niet. Ze denken dat mensenhandel gaat over vluchtelingen die in Nederland worden misbruikt en bijvoorbeeld in de prostitutie belanden.’”

Wat is er mis met die opvatting?

“Het probleem van mensenhandel is veel breder. Het gaat ook over de jongere die wordt verleid om pakjes met wit poeder rond te brengen en de drugscriminaliteit wordt ingezogen met chantage. Criminelen laten zo'n jongen ‘struikelen’ en zeggen: ‘Je hebt het verpest voor ons en moet dat goedmaken. Heb je niet een paar vriendjes? En als je klikt, weten we waar je woont.’”

Dat is toch geen mensenhandel?

“Zeker wel, dat is dwangarbeid ten behoeve van financieel gewin voor een ander, met slaafse verhoudingen.”

Kunt u nog meer praktische voorbeelden geven van mensenhandel met slachtoffers die tussen wal en schip vallen door gebrekkige informatie-uitwisseling?

“Bijvoorbeeld Lena, vijftien jaar, volgt praktijkonderwijs, maar verzuimt veel. Haar vriendje die schulden heeft bij een drugsdealer, vraagt haar om hem één keer met de dealer naar bed te gaan, dan is haar vriendje van de problemen af. Zij weigert, maar hij chanteert haar, waarna ze het bed deelt met de dealer. Haar vriendje zegt daarop: “Nu je het één keer hebt gedaan, gaat het voortaan makkelijker. Je bent toch al een hoer en dat vertel ik je zus als me niet meer helpt.”

Vele mannen volgden. Lena zal niet met een hulpvraag komen, laat staan dat zij schriftelijke toestemming durft te geven voor uitwisseling van de gevoelige persoonsgegevens. Ze werd 18 jaar, had even contact met een professional die meende niets te kunnen doen, omdat Lena geen duidelijke hulpvraag had.  Lena verdween onder de radar.

Of neem Danny, een kwetsbare jongen van achttien jaar die zijn school niet afmaakte en geen vaste woon- of verblijfplaats heeft, in de drugswereld belandde en schulden maakt. Die probeert hij af te lossen met gokken in een illegaal gokhuis, eigendom van criminelen, waar hij weer schulden maakt. Een jongerenwerker wil hem graag helpen en vraagt conform de AVG toestemming om zijn gegevens te delen met een medewerker van de gemeente. Danny weigert dit uiteraard, bang en afhankelijk als hij is, en verdwijnt uit zicht van de hulpverlening.

Dan Nikolay, afkomstig uit Bulgarije en werkzaam in de kassen. Hij moest zijn paspoort inleveren bij zijn werkgever, is gehuisvest in een huis met 19 anderen, maakt lange dagen voor te weinig geld. Hij is niet in staat om een kan geen hulpvraag te formuleren. Wie is nu verantwoordelijk voor de veiligheid en menswaardigheid van deze Nikolay? Tja, partijen kijken en wijzen naar elkaar. Zeker niet uit onwil, maar ook deze casus vereist het delen van gegevens. Nikolay weigert toestemming met zijn handtekening zetten, want hij heeft geen idee waarom dit moet en wat de consequenties voor hem zijn. Hij is bang.” 

Fotografie: Lilian van Rooij 

Waarom hindert de AVG?

“Professionals en overheden delen geen informatie omdat de AVG het zou verbieden, terwijl bewustwording en gezamenlijke bestrijding louter staan of vallen met deling van gegevens en kennis. Dat loopt van medische specialisten, apothekers en huisartsen in het zorgdomein, tot aan teams die kindermishandeling en huiselijk geweld observeren, maar ook medewerkers van de WMO, Participatiewet, wijkteams, maatschappelijk werkers, jeugdgezondheidszorg. En natuurlijk politie- en GGZ-medewerkers, scholen, woningcorporaties.”

Welke gegevens zouden ze concreet moeten delen over bijvoorbeeld zo’n uitgebuite tiener of werknemer, of coke-bezorger of een uithaler van containers?

“Een prachtige vraag, precies de valkuil waar professionals altijd in trappen. Hier speelt de schoonheid van de AVG: ze moeten heel goed analyseren wat het doel is van de gegevensdeling in deze situatie. Om het doel helder te krijgen moet je tappen uit twee bronnen: bron 1 jouw professionele expertise in die situatie en bron 2 wetten en regels. Pas dan kun je beginnen met de beantwoording van de concrete vraag welke gegevens je deelt in die specifieke casus over coke-bezorgers en uithalers.”

Kunt u toch concreet antwoorden?

“Eerst moet je de zorgen benoemen en de bron kennen. Gaat het bijvoorbeeld om een leraar die zich zorgen maakt over een jongen in de klas? Docenten verkeren in onzekerheid over wat ze kunnen doen met vermoedens. Dus is de volgende stap om te bedenken van welke andere professionals ze kennis en informatie kunnen krijgen.

Ze kunnen hun zorgen bij de politie aankaarten, maar ook bij het Coördinatiecentrum tegen Mensenhandel, met de vraag: ‘Maak ik me terecht zorgen om deze persoon en diens gedrag? Hoe kan ik dit aanpakken?’ Het kan zijn dat die aangesproken instantie de zorgen niet deelt,  maar kan ook denken: Ik ben ik heel blij dat je met mij contact opneemt, want ik herken het risico. Wat kunnen we samen doen?”

Mogen de politie en scholen dan zomaar data delen?

“Het is situationeel afhankelijk of, en zo ja, welke gegevens ze mogen delen. Het is zaak te bepalen hoe solide het signaal is. Als je een hartstikke solide denkt signaal te hebben, zoek je naar sociale partners en specialisten op dit gebied. Dan kun je met elkaar om tafel gaan zitten om mogelijk relevante gegevens uit te wisselen. Vaak zijn bij een casus al meer professionals betrokken die dat van elkaar niet weten. De kernvraag luidt: hoe kunnen we de veiligheid van deze persoon handjes en voetjes geven?”

Wat concreter: in hoeverre mogen politie, huisartsen en GGZ Jeugdzorg dossiers delen, waaronder medische?

“Vaak is sprake van kwetsbare mensen met een licht verstandelijke beperking die door de drugshandel uiterst vilein worden uitgebuit. Dat kun je gezamenlijk vaststellen. Ik zeg niet dat je dan alles op tafel moet leggen, maar wel het noodzakelijke om te helpen. Dit is heel anders dan grote bestanden koppelen omdat persoonsgegevens zo nice to know zijn en altijd handig mocht je ze een keer nodig hebben.”

‘Noodzakelijk’ is dus het criterium om te mogen delen. Hoe bepaal je noodzakelijkheid?

“De eerste vraag is niet: mag ik informatie delen? De allereerste vraag is: wat is mijn doel?  Het doel van de politie is bijvoorbeeld om een breder beeld van de verdachte of slachtoffer  te krijgen: zijn of waren er problemen thuis of elders? Zitten vader en moeder ook in de drugs? Jeugdzorg weet dat wellicht, of anders de school of een buurtwerker.

Het mooie in de AVG is overweging 4: het recht op bescherming van persoonsgegevens heeft geen absolute gelding, maar moet worden beschouwd in relatie tot de functie ervan in de samenleving. De functie is dat je wilt dat deze knul veilig uit het criminele circuit komt.”

En dan?

“Je kunt en moet met meerdere expertises en organisaties aan tafel zitten. Dus niet op voorhand zeggen: ‘Dat mogen wij niet delen’. Hou het doel voor ogen: iemand uit de mensenhandel halen, want dat is aantasting van de lichamelijke en geestelijke integriteit, een grote schending van de mensenrechten. Daarmee kan ik jeugdzorg en die leraar op school overtuigen. Zo bouw je elke keer je casus op.”

En de huisarts met z’n medisch beroepsgeheim?

“Ik proef dat u probeert me tot concrete grenzen te trekken. Oké, wellicht staat in het medisch dossier van die jongen iets over drugsgebruik of huiselijk geweld. Die huisarts gaat niet zomaar overstag, maar moet overtuigd zijn van het belang van het doel. Als die jongen door zijn vader geslagen is, dan kan er sprake zijn van kindermishandeling. Dan hebben we daar samen een grote verantwoordelijkheid voor.”

Heeft u meegemaakt dat huisartsen bereid zijn om hun beroepsgeheim te schenden?

“Ja, maar schoorvoetend, uit angst voor het Tuchtcollege. Laat ik me op de vlakte houden, is de eerste gedachte. Maar ik zie ook huisartsen en kinderartsen die zeggen: ‘Potverdorie, wat gebeurt hier? Ik moet hier wat mee.’ Wellicht maken ze een melding bij Veilig Thuis. De veiligheid van die jongere weegt zwaar. Immers, er moet worden onderzocht of sprake is van schending van de aantasting van de lichamelijke en/of geestelijke integriteit en zo ja, dan moet dit worden gestopt.”

Schending van het medisch beroepsgeheim wordt als ernstig gezien. Onterecht?

“Dit is een mooie vraag. Ik ben ook zwaar voor het beroepsgeheim. Echter, het beroepsgeheim is nooit bedoeld om de bescherming van mensenrechten te belemmeren. Het is een  mensenrecht Er is bovendien ook het recht om gevrijwaard te blijven van aantasting van de lichamelijke en geestelijke integriteit. Dit betekent dat een arts onder omstandigheden, met doelbinding en in een veilige context, iets mag onthullen wat het schenden van dat elementaire mensenrecht voorkomt of bestrijdt. Ik wil graag mensen ervan bewust maken dat dit geen laakbare schending is.”

Een casus: een meisje vraagt bij de huisarts een abortus, want ze is door haar vader misbruikt. Ze vraagt absolute geheimhouding. Wat moet de arts doen?

“Het is van ongelooflijk belang dat die huisarts de vertrouwensrelatie met dit meisje handhaaft. Toch kan de arts een eerste stap zetten richting Veilig Thuis met de — aanvankelijk anonieme — vraag: hoe ga ik dit aanpakken met als doel de veiligheid voor dit meisje? Want ze kan erger misbruikt worden, uitgeleend worden aan vrienden van de vader. Dat maken we allemaal mee in het domein van mensenhandel en uitbuiting, het is ziekmakend. Uiteindelijk wil je dit misbruik als huisarts zo gauw mogelijk in handen van deskundigen leggen: hoe krijgen we haar veilig en zo nodig uit die huiselijke context?”

Iedereen zal het met die opvatting eens zijn, maar met de informatievraag schendt de arts geheimhouding…

“En de schending van een mensenrecht laten we voortwoekeren? Mijn advies is: bespreek dit met het slachtoffer en probeer alles te doen om haar over te halen en veiligheid voor haar te creëren. Bijvoorbeeld met een organisatie als bijvoorbeeld Fier, die meisjes anoniem begeleidt.”

Dat lukt niet, wat dan?

“Toch concreet bespreken met Veilig Thuis, zou ik zeggen. Altijd als huisartsen opperen ‘Jeetje wat moet ik nou?’, heb ik een steunvraag: stel, we zijn tien jaar verder en je ziet dat meisje weer. Ze zegt: ‘Jij wist tien jaar geleden van mijn situatie, waarom heb je toen niks gedaan?’ Als je nu weet dat je dan met je mond vol tanden staat en met rode vlekken in je nek, dan weet je wat je nu te doen staat…”

Gepubliceerd

26 jan 2025
Netkwesties
Netkwesties is een webuitgave over internet, ict, media en samenleving met achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen.
Colofon Nieuwsbrief RSS Feed Twitter

Nieuwsbrief ontvangen?

De Netkwesties nieuwsbrief bevat boeiende achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen o.g.v. internet, ict, media en samenleving.

De nieuwsbrief is gratis. We gaan zorgvuldig met je gegevens om, we sturen nooit spam.

Abonneren Preview bekijken?

Netkwesties © 1999/2025. Alle rechten voorbehouden. Privacyverklaring

1
0