Sociale media buiten onze breinen en die van kinderen uit. We leven immers in een economie waarbinnen cognitiewetenschap, Big Data en kunstmatige intelligentie maximaal worden ingezet om onze aandacht zo lang mogelijk vast te houden.
Dat dit een verslavend effect heeft is duidelijk. Ik kan mijzelf maar met moeite van sociale schermen lostrekken en blijf scrollen, verlangend naar meer. Terwijl ik weet dat ik dit eigenlijk niet wil.
De schadelijke effecten van deze verslavende werking worden zichtbaarder. Omdat onze aandacht wordt opgekocht, kunnen we minder goed leren, lezen, en luisteren. Bovendien wordt aandacht vaak vastgehouden door op menselijke kwetsbaarheden in te spelen, want sociale status, conflict, en reputatieschade houden ons hooked.
Sociale media als tabaksmarkt
Een verslaving met giftige effecten? Dat doet een belletje rinkelen. We hebben als samenleving zoiets al eens eerder het hoofd moeten bieden. In de jaren 60 en 70 werd langzaam maar zeker duidelijk dat tabaksgebruik verslavend en vergiftigend is, terwijl de industrie het tegenovergestelde bleef beweren.
Vergelijkbare problemen vragen om vergelijkbare oplossingen, toch? Het op Australische verbod op toegang tot sociale media voor jongeren tot 16 jaar lijkt in lijn met die gedachte. Net als bij sigaretten, is de geboden oplossing hier: een volledig verbod.
Al jarenlang laat ik mijn studenten bij hun eerste les ethiek de analogie tussen gebruik van tabak en sociale media beoordelen. Het is een goede analogie, in zoverre dat die ons doet beseffen dat het hypocriet is om de ene verslaving aan banden te leggen maar de andere niet.
Toch zijn er belangrijke verschillen.
Steun en erkenning
In hun tienerjaren gaan kinderen nadenken over wie ze zijn en hoe ze willen leven. Tieners die zoekende zijn, zich anders voelen, of onderdrukt worden, kunnen via sociale media steun en erkenning vinden waar ze anders geen toegang toe hebben.
De echokamer is soms de enige kamer waarin je wordt gehoord. Sociale media zijn bijvoorbeeld cruciaal voor jonge meiden in Afghanistan en Iran. Ze kunnen daar ervaringen en opvattingen delen die anders achter gesloten deuren blijven door censuur en onderdrukking.
Die voordelen wegen misschien niet op tegen de nadelen, tegelijkertijd zijn ze wél belangrijk. Dat brengt ons bij wat het belangrijkste verschil is tussen gebruik van tabak en sociale media. De sigaret is de verslavende werking. Maar sociale media hebben een verslavende werking.
Dus het is mogelijk om de voordelen te behouden en de nadelen te verwijderen.
Bewuste en weloverwogen keuzes
We moeten sociale media van hun gif ontdoen. Vanuit dit oogpunt is het minder besproken wetsvoorstel wat deze zomer in New York werd aangenomen veel interessanter: een verbod op verslavende algoritmes voor kinderen onder de 18, gecombineerd met een begrenzing van nachtelijke notificaties en push-meldingen zodat die een gezond slaapritme niet langer verstoren. Deze maatregelen beogen om sociale media van verslavende effecten te ontdoen.
Volwassenen, weet ik zelf, kunnen ook maar moeilijk weerstand bieden aan dit effect. Dat probleem kun je ondervangen zonder de vrije keuze te beperken. De manier om dat te doen is de huidige automatische blootstelling aan verslavende algoritmes alleen mogelijk te maken bij expliciete instemming. Een zogenaamde opt-in in plaats van een opt-out. Dat werkt bewuste en weloverwogen keuzes in de hand.
Bedrijven zullen hier niet blij mee zijn. Het is tenslotte de aandacht van de gebruiker die wordt verkocht aan adverteerders. Maar net zoals we de machtige tabakslobby het hoofd blijven bieden, wordt het nodig tijd om Big Tech te begrenzen.
*) Daphne Brandenburg is universitair docent Toegepaste Ethiek aan de Universiteit Groningen. Een versie van dit artikel verscheen eerder bij NRC