Vorige week onthulde Meta een prototype van de jongste versie AR-bril, de Orion. Hij ziet eruit als een leesbril en gebruikt holografische projectie om gebruikers afbeeldingen te laten zien die door transparante lenzen in hun gezichtsveld worden geprojecteerd.
Meta-baas Mark Zuckerberg noemt Orion “de meest geavanceerde bril die de wereld ooit heeft gezien”. Hijbelooft een “glimp van de toekomst” waarin slimme brillen smartphones zullen vervangen als belangrijkste communicatiemiddel.
Maar is dit waar of een aangezwengelde hype? Zullen AR-brillen ons daadwerkelijk op nieuwe manieren het leven aangenamer en efficiënter helpen maken?
Oude wijn in nieuwe zakken?
De opzet van de Orion is niet nieuw. In de jaren 60 introduceerde computerwetenschapper Ivan Sutherland het eerste augmented reality beeldscherm op het hoofd. Twee decennia later ontwikkelde de Canadese ingenieur en uitvinder Stephen Mann het eerste brilachtige prototype.
In de jaren 1990 ontwikkelden onderzoekers en techbedrijven op het hoofd gedragen beeldschermen en draagbare computerapparaten. Zoals veel nieuwe technologie was deze eerste gericht op militaire en industriële toepassingen.
In 2013, na de opkomst van de smartphone-technologie, betrad Google de AR-brilmarkt. Consumenten haakten af vanwege privacyzorgen, hoge kosten, beperkte functionaliteit en een gebrek aan een duidelijk voordeel. [Enthousiasme en debat op Netkwesties, vervolgens de aftocht.]
Dit weerhield andere bedrijven - zoals Microsoft, Apple en Meta - er niet van om soortgelijke technologie te ontwikkelen.
Een eerste indruk van The Verge
Een blik op de inhoud
Meta noemt een aantal redenen waarom Orion 's werelds meest geavanceerde bril is, zoals de technologie die in miniatuur is verwerkt in de bril, de grote gezichtsvelden en holografische displays. Volgens Meta bieden deze schermen:
meeslepende AR-ervaringen, waardoor nieuwe paradigma's voor mens-computerinteractie ontstaan [...] een van de moeilijkste uitdagingen waar onze industrie ooit voor stond.
Orion wordt gedragen door een ingebouwde assistent (Meta AI) die werkt met stemcommando's, oog- en handtracking en een polsband om te vegen, klikken en scrollen. Met deze functies is het niet moeilijk om te beamen dat AR-brillen gebruiksvriendelijker worden voor grotere groepen. Maar het zal een uitdaging zijn om de bril op grote schaal door de consument te laten accepteren.
Meta zal vier soorten uitdagingen moeten aanpakken:
Ecosysteem van toepassingen nodig
Deze factoren zijn niet anders dan wat we zagen in de jaren 2000 toen smartphones gemeengoed werden. Net als toen heb je early adopters nodig die meer voordelen dan risico's zien in het gebruik van AR-brillen, waardoor een nichemarkt ontstaat die gestaag zal uitbreiden.
Net zoals Apple deed met de iPhone, zal Meta een platform en ecosysteem rond Orion moeten bouwen. Dit zal tot bredere toepassingen in het onderwijs (bijvoorbeeld virtuele klaslokalen), werk op afstand en manieren voor samenwerking moeten leiden. Slimme brillen worden al gebruikt in veel industriële omgevingen, zoals de logistiek en gezondheidszorg.
Werk geprojecteerd in de brillenglazen
Creatieve destructie
Meta is van plan om Orion in 2027 te lanceren voor het grote publiek. Tegen die tijd zal AI waarschijnlijk zover gevorderd zijn dat virtuele assistenten kunnen zien wat wij zien. Meer en meer zullen het fysieke, virtuele en kunstmatige in elkaar overlopen.
Het holografische beeldscherm van Orion stelt gebruikers nu al in staat om digitale inhoud en de echte wereld over elkaar heen te leggen en omdat het handsfree is, zal communicatie natuurlijker verlopen.
Op dit punt is het eenvoudig te zien dat de behoefte aan omvangrijke smartphones kan afnemen en dat door creatieve vernietiging de ene industrie de andere kan vervangen. De prognose van Gartner luidt dat deze markt van virtuele en augmented reality headsets tegen 2034 370 miljard dollar waard zal zijn.
De vraag is echter of we hier daadwerkelijk baat bij zullen hebben. Er is al veel discussie over het effect van smartphones op productiviteit en welzijn. Velen zullen beamen dat we er beter van geworden zijn, vooral door de toegenomen connectiviteit, toegang tot informatie en toepassingen die productiviteit verbeteren. Maar tegenstemmen beweren dat telefoons juist tot meer werk, afleiding en mentale vermoeidheid hebben geleid.
Meta beweert dat Orion de productiviteit zal verhogen. Adviesbureau Deloitte bevestigt dit en zegt dat de technologie handsfree toegang tot gegevens, snellere communicatie en samenwerking door het delen van gegevens zal bieden.
Meta beweert ook dat slimme brillen menselijke fouten zullen verminderen, de visualisatie van gegevens mogelijk zullen maken en de gezondheid en het welzijn van de drager zullen monitoren. Dit verbetert de kwaliteit van leven, sociale acceptatie en naadloze integratie met fysieke processen.
Maar of dat allemaal werkelijkheid wordt, zal afhangen van de het beantwoorden van de vele uitdagingen die gebruik van AR-brillen met zich meebrengen.
*) Martie-Louise Verreynne is professor in Innovation en Associate Dean (Research) aan de University of Queensland. Een Engelse versie van dit artikel verscheen eerst bij The Conversation