Het betreft een in 2020 reeds aangespannen zaak door het federale ministerie van Justitie (nog onder Trump) en apart door 38 staten onder leiding van Colorado, vanwege een vermeend monopolie op het zoeken op mobiel en de daarmee gegenereerde reclame. Pas 9 maanden geleden vond de, wegens de pandemie uitgestelde zitting plaats.
Rechter Amit Mehta in Washington zet in een fraai geformuleerd vonnis van 286 pagina’s op leerzame wijze uiteen hoe Google de beste zoekmachine ter wereld werd en op mobiel een marktaandeel heeft verworven van ruim 95 procent. Echter, Google gaf 26 miljard dollar uit voor overeenkomsten met mobielproducenten als Apple en Samsung om de standaard zoekdienst te leveren, en Google en contractpartners dwarsboomden samen mogelijke concurrentie.
De aanklacht sorteert niet over de hele linie effect. Rechter Mehta meent dat Google geen monopolie heeft op de markt voor algemene zoekadvertenties, daar er concurrenten zijn als Amazon en Facebook die advertenties relateren aan zoekresultaten op hun eigen websites. Ook heeft Google Microsoft niet op onrechtmatige wijze de toegang ontzegd tot de inkoop van zoekadvertenties.
Geen nieuwe concurrentie mogelijk
Maar Google heeft wel een monopolie op tekstadvertenties bij de zoekresultaten, een overtreding van de Sherman Antitrust Act. Ongeveer 50 procent van de zoekopdrachten in de VS leiden tot illegale voordelen voor Google door exclusieve overeenkomsten: 28 procent via Apple, 19 procent via Android-apparaten en 2 procent via browsers. Nog eens 20 procent van de zoekopdrachten verloopt via de Chrome-browser van Google, waardoor 70 procent van de online toegang via het zoeken monopolistisch is.
Google heeft met het enorme marktaandeel heel veel informatie over gebruikers exclusief kunnen verzamelen en daarmee het adverteren uitzonderlijk gericht en effectief kunnen maken. Deze spiraal omhoog maakt concurrentie kansloos.
Google had als tegenargument dat er elk moment een sterke concurrent kan opstaan die, net als Google, de markt verovert. De rechter is het daarmee oneens: “De volgende grote zoekmachine (als die er komt) zal niet worden gebouwd in een gehuurde garage zoals Google.” Dat laatste valt overigens nog te bezien, want juist uit de AI-hoek ondervindt Google concurrentie als nooit tevoren met de nieuwe SearchGPT van OpenAI, You.com en Perplexity. Dat kan in hoger beroep zwaarder gewicht krijgen, ofschoon het jaren duurt voordat deze diensten substantieel marktaandeel krijgen ten koste van Google dat ondertussen diezelfde AI zal inzetten.
Mindere zoekresultaten
Is dat gebrek aan concurrentie erg? Ja, want productverbetering stagneert door gebrekkige concurrentie, waardoor de samenleving wordt geconfronteerd met suboptimale zoekresultaten die zelfs schadelijk kunnen zijn. Onderwijl lijdt daar ook de commerciële markt onder, want adverteerders kunnen vaak enkel bij Google terecht om relevant publiek te bereiken.
Met buitengewone winst tot gevolg: “Onbeperkte prijsverhogingen hebben de dramatische omzetgroei van Google gevoed en het bedrijf in staat gesteld om hoge en opmerkelijk stabiele bedrijfswinsten te handhaven.” Google harkt met deze reclame jaarlijks 175 miljard dollar binnen, goed voor het overgrote deel van de winst van moederbedrijf Alphabet.
Weliswaar betaalde Google goed geld voor die overeenkomsten, maar concurrenten kunnen die bedragen niet ophoesten. In het verdienmodel worden die ruimschoots terugverdiend met verhoging van advertentietarieven die mogelijk zijn door een de facto monopolie. “De enige duidelijke beperking op Google's prijsverhogingen zijn mogelijke verontwaardiging bij adverteerders en negatieve publiciteit”, aldus de rechter.
Ook stelde Mehta dat Google veel te weinig van de gevraagde stukken heeft overlegd, mede doordat het de onderlinge datacommunicatie intern heeft beperkt, juist met het oog op mogelijke rechtszaken. Google leerde van bijvoorbeeld eerdere zaken tegen Microsoft die gestoeld waren op enorme bestanden aan interne mail. Maar, zo vindt de rechter, aan het gebreak aan bewijslast voor geregisseerd marktmisbruik daar gaan we maar voorbij, want voor de veroordeling maakt het niets meer uit.
En wat nu?
Mehta heeft voor september 2024 een hoorzitting gepland om het schema te bespreken voor een aparte rechtszaak over de maatregelen die Google opgelegd zal krijgen. Wellicht komt daartoe een schikking.
Naar verwachting zal Mehta Google verbieden om door te gaan met het sluiten van overeenkomsten waarbij het tientallen miljarden dollars aan advertentie-inkomsten verdeelt onder Apple, Samsung, Mozilla en andere bedrijven die ermee instemmen om Google als standaardzoekmachine in te stellen op hun apparaten of in software. Ook kan Google worden gedwongen om, net als in Europa, op toestellen keuze te bieden tussen zoekdiensten. Verdergaande ‘remedies’ zijn afsplitsing van de reclamehandel en/of controle op reclametarifering.
Dat kan jaren duren. Google gaat immers ondertussen in beroep, zo blijkt uit een verklaring op X met een sterke p.r.-geur, van chef-lobbyist Kent Walker. De hatelijke commentaren eronder tonen de pijn van onder meer (kleine) uitgevers die door Google onheus beconcurreerd zijn.
*) Beeld: Torre San Giovanni, juni 2024 (Peter Olsthoorn)