25-jarig Google in het geding in twee mogelijk baanbrekende rechtszaken

Onwetende Amerikaanse rechter sluit deuren bij grootste proces tegen Google

Deze maand bestaat Google 25 jaar. De cijfers en dominantie geven reden tot vrolijkheid, maar de processen die daar het gevolg van zijn bepaald niet. En dan gaan ook de deuren nog eens dicht van de grootste zaak tegen Google ooit die in Nederland nauwelijks aandacht krijgt.

Larry Page en Sergey Bron beginnen hun onderzoek naar een betere zoekdienst dan Yahoo/Altavista in 1996 en richten in september 1998 hun bedrijf op, dat aanvankelijk Googol zou gaan heten, naar de wiskundige term.

Nederland, dat met internet vooropliep in Europa in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw, was het eerste land waar het marktaandeel van Google de 90 procent passeerde. Ik herinner me welke openbaring Google was, dat je plotseling echt toegang had tot internet. Bij Planet Internet, waar ik van 1995 tot 2007 Planet Multimedia maakte, hadden vier slim zoekende ‘Cybrarians’ (afgeleid van ‘librarians’) in de begintijd van publiek internet een dagtaak aan het ontsluiten van de boeiende plekken van internet. Met Google werd hun werk eenvoudiger, of werden ze overbodig?

Veel van de geschiedenis is weggezakt, nog te vinden in het Google-dossier van Netkwesties en natuurlijk Planet Multimedia waarvan het archief door KPN bruut offline werd gehaald en dat ik zal pogen boven water te halen en online te brengen voor de liefhebbers. Idem dito voor het De macht van Google dat te leen is. Dit standaardwerk leidt vijftien jaar na het schrijven nog tot radiopraatjes als Google in het nieuws komt (laatste tien minuten).

Wie kent Orkut en Google+ nog?

In terugblikken op 25 jaar mogen de fraaie mislukkingen van Google niet ontbreken, zoals Google  Glass en sociaal netwerken Orkut en Google+, bijna 300 beïndigde producten. Grootste successen moest Google deels kopen, zoals Android, DoubleClick (reclame) en YouTube, en werd op eigen kracht behalve met zoeken/vinden dominant met Gmail, Maps en vooral browser Chrome; verbonden met uniforme bediening zoals Google Home.

‘Don't be evil’ was tot 2015 de leus van de oprichters, die meer en meer ermee in verlegenheid kwamen gezien de soms ronduit onethische bewegingen; en bovenal vanwege Google’s inkomstenmodel dat vrijwel geheel gericht is op reclame op grond van surfgedrag van gebruikers. Het uitdijden leidde tot de oprichting van een holding Alphabet waar Brin en page in 2019 als directeuren opstapten. Ze behouden de meerderheid van het stemrecht en aandelen.

De nadruk in de aandacht voor Brin en Page ligt vaak op hun rijkdom maar als je zoveel bezit, telt dat niet meer. Brin moest twee keer scheiden, Page heeft een chronische ziekte. Brin keerde recent terug op de werkvloer om zich intensief met de AI van Google te bemoeien. Page had het idee voor oprichting van een anarchistisch Google Island van een van de eilanden die hij kocht, geïnspireerd door hun bezoeken aan Burning Man.

Baanbrekende rechtszaak?

Met een omzet van 1,7 biljoen dollar (1.700.000.000.000) is Google kleiner dan Amazon (3 biljoenn) en Microsoft (2,5 biljoen), maar dominant in het bepalen van wat burgers wereldwijd aan online informatie tot zich nemen. Daarvan kan Google misbruik maken, bijvoorbeeld door bij veel zoekresultaten te verwijzen naar een adres op Google Maps, waar bedrijven adverteren.

In 2020 al hebben het ministerie van Justitie en 38 staten een rechtszaak aangespannen tegen Google wegens misbruik van haar machtspositie; mede op grond van mogelijk dubieuze overeenkomsten met Apple en Samsung. De belangrijkste overeenkomst in deze zaak behelst die tussen Apple en Google over exclusiviteit voor Google in het zoeken op iPhones, begonnen in 2007 en is sedertdien vaak verlengd. De tot nu toe geheime voorwaarden en voorafgaande onderhandelingen moeten in deze zaak aan het licht komen. Met dit contract is volgens Justitie meer dan 10 miljard dollar per jaar gemoeid.

Google’s belangrijkste verweer is tweeledig: dat het zoeken is verplaatst naar apps en sites zelf, zoals op TikTok, zodat Google Search relatief minder belangrijk is; en dat er wel degelijk genoeg concurrentie is, zoals van Bing dat het marktaandeel juist nu ziet stijgen dankzij integratie met ChatGPT.

De zaak komt een kwart eeuw na de anti-monopoliezaak tegen Microsoft die tot een veroordeling van Microsoft leidde, wat in hoger beroep werd rechtgezet. De rechtszaken leverde spraakmakende, historische getuigenissen op van onder anderen Bill Gates.

Stomme geheimhouding

 Dat wil Google voorkomen, reden om te verzoeken tot geheimhouding in deze zaak in Washington. “Zodra commercieel gevoelige informatie openbaar wordt gemaakt in een openbare rechtszaak, kan de daaruit voortvloeiende schade aan de concurrentiepositie van de partij niet ongedaan worden gemaakt”, zo motiveerde Google het verzoek om beslotenheid.

Andere betrokken bedrijven met getuigen, zoals Apple en Microsoft, schaarden zich achter dit pleidooi. Het recht op openbaarheid is niet absoluut, schreef Microsoft aan de rechtbank en “openbaarmaking van bedrijfsstrategieën, interne beraadslagingen en onderhandelingen” zou haar ernstig schaden.

Rechter Amit P. Mehta, nog benoemd onder het Obama-regime, zei tijdens inleidende hoorzittingen dat hij geen zakenman is en vatbaar voor argumenten van bedrijven dat ze gevoelige informatie moeten beschermen: “Ik ben geen persoon die de industrie en de markten begrijpt op de manier waarop u dat doet. En dus neem ik het serieus als bedrijven mij vertellen dat als dit openbaar wordt gemaakt, dit schade zal toebrengen aan de concurrentie.”

Van de bijna veertig stukken en pleidooien van Google is volgens Matt Stoller, American Economic Liberties Project (AELP), tot nu toe twee derde geheim gebleven, evenals de helft van de getuigenissen in deze zaak. Bijvoorbeeld de getuigenis van Apple-directeur Eddy Cue vond voor twee van de vier uur durende getuigenis achter gesloten deuren plaats.

Apple bestreed de dagvaardingen en beschreef deze als “onnodig belastend”. Daarop heeft, op verzoek van de rechter, het ministerie van Justitie zelfs een groot deel van haar stukken in de aanklacht offline gehaald. Tevergeefs protesteerden velen daartegen, zoals de Digital Context Next, een lobbygroep van Amerikaanse uitgevers. Opnames zijn eveneens verboden zodat het geweldige archief van transcripties van de Microsoft-zaak nu aangaande Google aan de geschiedschrijving worden onthouden.

Ervaren pleiters aan beide kanten

Met Jonathan Kanter, aanklager voor mededinging heeft het ministerie van Justitie een ervaren pleiter. Google meent dat Kanter bevooroordeeld omdat hij voorheen concurrenten bijstond als advocaat, waaronder Microsoft en News Corp. Kanter is de baas, maar laat de zaak inhoudelijk vooral aan Kenneth Dintzer van het departement.

Google brengt een groot team van advocaten in de ring van drie kantoren, onder wie John Schmidtlein, die nog pleitte voor Microsoft in de antitrustzaak van 1998. Vanuit Google zelf werken drie mensen mee die 25 jaar geleden deelgenoot waren van de Microsoft-zaak: Kent Walker, hoofd juridische zaken, jurist Susan Creighton, streden destijds voor browsermaker Netscape die Microsoft ervan beschuldigde met concurrerende browser Internet Explorer machtsmisbruik te maken. Mark Popofsky, nu antitrustadviseur van Google, maakte onderdeel uit van het team van het ministerie van Justitie in de rechtszaak tegen Microsoft.

Deze ervaringen en houdingen zijn van belang. Zo zei Creighton in een hoorzitting in het Amerikaanse parlement in 2011 dat monopolies beginnen bij een marktaandeel van 80 procent, wat Google destijds nog niet bereikte. Inmiddels is dat voor het vinden van inhoud van internet in de VS en wereldwijd ruim 90 procent.

Opvallend is dat de praktijk van Microsoft die in 1998 werd betwist, het bevoordelen van de eigen browser (nu Edge met zoekdienst Bing) bij klanten van Windows nu ongestraft plaatsgrijpt. Google wijst erop in de verdediging en stelt dat internetters niettemin voor Google Search kiezen omdat die in een openmarkt de beste keuze is.

Grootste probleem voor de rechter wordt het vinden van een adequaat vonnis om die dominanatie te kunnen breken. De splitsing van de zoekdienst van Google wordt geopperd, zodat Google er geen belang meer bij heeft om andere eigen diensten eventueel te bevoordelen.

Aparte rechtszaak tegen Google-reclame

Kanter doet met zijn ministerie van Justitie ook een aparte rechtszaak tegen Google met beschuldiging van misbruik van advertentie-technologie, tezamen met acht lidstaten. Deze procedure voor de rechtbank van Virginia is in januari 2023 aangespannen. De kern van de klacht is dat Google concurrerende technologie en reclamebedrijven kocht en adverteerders uitknijpt met een monopolie op een aantal terreinen. Google heeft een kwart van de 280 miljard grote Amerikaanse markt voor digitale reclame in handen.

“De concurrentie in de advertentietechnologie is kapot…Google heeft legitieme concurrentie in de ad-tech industrie gecorrumpeerd door een systematische campagne te voeren om de controle te grijpen over de brede waaier van hightech tools digitaal adverteren voor uitgevers, adverteerders en tussenpersonen. Google heeft in alle aspecten van de digitale advertentiemarkt concurrentiebeperkende, uitsluitende en onwettige middelen gebruikt om elke bedreiging voor zijn dominantie over digitale reclametechnologieën te elimineren of sterk te verminderen.”

Concreet gaat het bijvoorbeeld om Accelerated Mobile Pages (AMP), oorspronkelijk bedoeld om webpagina's sneller te laden op telefoons, maar volgens Justitie ontaard in een “door Google gecontroleerde ommuurde tuin” waar Google de reclamehandel domineert. In zoekresultaten zou Google de klanten van het AMP-systeem bevoordelen. Deze zaak heeft dus raakvlakken met de grote rechtszaak in Washington.

Concreet wil Justitie in deze rechtszaak Google dwingen om zijn reclametechnologie grotendeels af te stoten, met name DFP om reclame te plaatsen plus reclameveiling AdX genaamd. Daarmee zouden de destijds goedgekeurde overnames van DoubleClick (2008) en AdMeld (2011) ongedaan worden gemaakt.

Rechter in deze zaak is van Nederlandse komaf, Leonie Brinkema (1944)

Gepubliceerd

30 sep 2023
Netkwesties
Netkwesties is een webuitgave over internet, ict, media en samenleving met achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen.
Colofon Nieuwsbrief RSS Feed Twitter

Nieuwsbrief ontvangen?

De Netkwesties nieuwsbrief bevat boeiende achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen o.g.v. internet, ict, media en samenleving.

De nieuwsbrief is gratis. We gaan zorgvuldig met je gegevens om, we sturen nooit spam.

Abonneren Preview bekijken?

Netkwesties © 1999/2024. Alle rechten voorbehouden. Privacyverklaring

1
0