Dat vindt Genevieve Bell Ze sprak vorige week tijdens Picnic, de jaarlijkse grote Amsterdamse conferentie over internet in de Westergasfabriek. Bell is antropologe. Maar werkt voor chipbedrijf Intel. Ze leidt daar een club die kijkt hoe consumenten omgaan met ICT.
'Secrets and Lies' was haar titel, analoog aan die van een film van onze favoriete regisseur Mike Leigh. We interviewden haar ook na afloop. Hier een stukje audio daaruit van twee minuten.).
De sociale plicht om te liegen had Bell, naar eigen zeggen een 'Australische katholiek' vanaf het begin in de puriteinse VS moeilijk gevonden: De hele dag door die vraag 'how are you?', met twee antwoorden: 'nice' en 'everything is OK'
Over de redenen om te liegen zei Bell:
Mannen liegen 20 procent meer dan vrouwen. Mannen liegen vooral over status (auto's, werk), vrouwen vooral uit schaamte en over persoonlijke dingen (gewicht, leeftijd en winkelgedrag). Liegen is noodzakelijk. Het is een bewuste preventie van de confrontatie met de realiteit. Het construeren van een wereld waarmee het eenvoudiger is om te gaan.
Nu internet het mogelijk (en 'noodzakelijk') maakt om alle informatie voor iedereen altijd beschikbaar te houden, neemt ook het liegen toe. En ook: het omgaan met geheimen. Mensen zijn steeds op zoek naar manieren om te liegen en geheimen voor de één wel en de ander niet te houden zonder dat het consequenties heeft. Dat wordt heel complex. Neem onderzoek naar datingsites. Daar liegt 100 procent.
Waarover liegen daters?
Na vast internet komt er nu mobiel internet, met dingen als Twitter en locatiebepaling van de mobiele telefoon. Mensen worden dan geacht om voortdurend te vertellen waar ze zijn en wat ze doen. Brits onderzoek toont aan dat 50 procent liegt over de verblijfplaats en wat ze doen. In Korea laten ze de telefoon op het bureau liggen.
Bij opsporing worden steeds vaker geheugens van mobiele telefoons en handhelds gebruikt. Die moet je dus weten te wissen, net als veel van de sporen die je achterlaat. Bijvoorbeeld over zoekgedrag bij Google. Mensen vinden dat vaak toch hun geheim. Net als hun kijkgedrag met digitale tv. Maar dat wordt wel vastgelegd.
Bell ziet een 'nieuwe wapenwedloop' ontstaan om te kunnen blijven liegen en geheim te houden waar je bent. 'Alibi services' zijn in opkomst, die zorgen dat je niet te traceren bent of dat er valide smoezen voorhanden zijn. De waarheid krijg je niet. Kijk maar eens op Twitter naar masturbatie. Dat ontbreekt. Iedereen vindt dat persoonlijk geheim.
ander spraakgebruik
Geheimen en Leugens in plaats van 'privacy' en 'veiligheid Wat ik in de afgelopen jaren heb geleerd is dat consumenten op een heel andere manier praten en denken over zaken als privacy en beveiliging dan technici. Consumenten maken zich zorgen over andere zaken. Het beheren van persoonlijke informatie is beter te begrijpen als je praat over leugens en geheimen. Je moet aansluiten op de metaforen en beelden in het dagelijks leven van mensen.
De conversaties zijn vaak moeilijk te doorgronden. Ik probeer dat wat open te breken, door wat andere gedachten erop los te laten. Over leugens kun je veel duidelijker praten dan over privacy. Mensen liegen dagelijks en hebben hun geheimen.
Begrijpen technici u wel?
Lachend: Ik hou van grote uitdagingen.
Kinderen, vooral tieners, zullen u begrijpen..
Ja, het vertellen en voor zich houden van geheimen en liegen zijn hele elementaire zaken in de communciatie van kinderen. Het is de basis voor het aangaan van relaties. Wat vertel ze wel en niet?
Te snel moreel oordelen
Genevieve Bell: Te gemakkelijk wordt gezegd: Liegen is slecht.
Dat is het toch ook?
Dat is een moreel oordeel. Als een antropoloog zou ik dat niet zeggen. Liegen is een manier van overleven. Natuurlijk zijn er leugens met extreem negatieve consequenties. Maar je moet er niet aan denken in wat voor wereld we zouden leven als iedereen voortdurend louter de waarheid zou bezigen.
U zei dat u dit niet zo zou kunnen zeggen in het openbaar de VS. Waarom niet?
Het is vrijwel onmogelijk om in de VS over liegen te praten zonder moraliteit. Ik ben er al van beschuldigd het liegen te propageren. Maar daar gaat het mij niet om. Ik wil vaststellen welke functies het liegen heeft.
Maar het voortdurende liegen in de politiek (zie Factcheck.org) zoals nu in de campagnes is toch afschrikwekkend?
Op de eerste plaats: je hebt verschillende waarheden op verschillende tijdstippen en in verschillende context. Bovendien heb je verwachtingen over wie er liegt en wie niet en zijn er impliciete goedkeuringen van personen die mogen liegen in wat voor situaties.
We kennen het leugentje om bestwil, maar liegen is toch in de meeste gevallen verwerpelijk?
Nee, er zijn geen goede en slechte leugens. Maar het is niet altijd mogelijk om er een moreel oordeel op los te laten. Veel Amerikanen denken inmiddels dat politici simpelweg altijd liegen. Want die eigenschap is nog om politicus te kunnen worden.
Online liegen
We willen worden voorgelogen?
Er zijn zeker momenten in de tijd dat we niet verwachten dat we de waarheid vernemen. Er is een verwachting, zeker in de politiek, dat je niet de hele waarheid te horen krijgt. Dan is er journalistiek die probeert meer van de waarheid boven tafel te halen.
Heeft de leugen op internet minder consequenties en is die daardoor frequenter aanwezig?
Daar is de wetenschap niet helder over. Feit is dat de band tussen mensen online vaak wat losser is dan in het werkelijke leven. De afstand is ook groter. Het heeft op het oog minder materiële directe consequenties. Maar ik weet niet zeker of dat op langere termijn nog zo is.
Vindt u het zelf moeilijk om te liegen?
Over sommige dingen wel, ja. Over al die oppervlakkige dingen zoals hoe je je voelt, daar heb ik gelukkig geen moeite meer mee. Maar over de grote kwesties vind ik het nog steeds moeilijk te liegen.
En in interviews?
Ik probeer nooit te liegen.
U probeert het...
Hoe schuldig moet je voelen? Dat is vaak de afweging. 'I'm fine' is een leugen die me geen enkel schuldgevoel berokkent. Maar u vroeg net: bent u niet erg moe nu? En daar antwoordde ik bevestigend op, want dat is wat ik nu voel.
Iedereen een leugendetector op zak?
In India is een verdachte moordenaar veroordeeld op grond van een EEG-scan. Kunt u zich voorstellen dat met Intel-chips nog eens hardware, of software, beschikbaar komt voor consumenten om bij uitingen op internet en daarbuiten een leugentest te doen?
Denkt u werkelijk dat mensen altijd willen weten wanneer ze worden voorgelogen?
Natuurlijk, bijvoorbeeld bij dating...
Jawel, ik kan me wel voorstellen dat zoiets beschikbaar zal komen. Er zullen direct ook manieren komen om die technologie te omzeilen of foppen.
Waarheid is gewoon een gecompliceerd ding. Wil je bij dating ook alles wel weten van de ander? Ik denk dat we ons wat meer bewust moeten worden van de mechanismen. Dan zullen we ook zien dat internet het liegen heeft bevorderd, want er is gewoon veel meer interactie, ook met onbekenden. Maar zouden we relatief meer liegen in de 21ste eeuw dan in de 19e eeuw? Dat geloof ik niet.
Online hebben mensen meer persoonlijkheden. Op MySpace doen ze zich anders voor dan op LinkedIn. Leidt dit niet tot meer schizofrenie?
Ja, dat geloof ik wel. Het wordt steeds ingewikkelder om alle boodschappen die we achterlaten en alle communicatie onderling consistent te laten zijn. Dat is niet nieuw, want geheimen hadden we altijd al voor de één wel en voor de ander niet. Je bent anders met je ouders dan met beste vriendin. Maar het is wel complexer geworden.
Intel en consumentenonderzoek
Bell werkt, om precies te zijn, bij de 'user experience group' van de 'consumer electronics group' van Intel. Intel verkoopt echter niet aan consumenten. Wat doet ze daar dan? Mijn taak is om Intel er voortdurend aan te herinneren dat de technologie die ze maakt eindigt in de handen van mensen. En dat we deze mensen moeten verwennen. Ze begon in R&D maar genoemde eenheid is een verkoopclub. Het heeft nog wel met R&D ta maken. De centrale vraag is: hoe ziet de toekomst van de gebruiker eruit? Het doel is dat de technologie die we verschepen goed en eenvoudig te gebruiken is Dat we niet alleen maar technologie maken vanwege de technologie.
Zo kwam Intel recent met de eerste chips specifiek voor consumentenelektronica. Onze afdeling hielp nadenken over toepassing op andere dan pc-platform. Hoe gaan mensen dat gebruiken? En met Yahoo ontwikkelen we bijvoorbeeld mogelijkheden om internet op televisie te brengen, niet via een browser.
Vervolgens ontstaat er een steeds heftiger discussie over het verband van het werk van Genevieve Bell bij Intel en haar interesses. We kunnen niet geloven dat consumentenonderzoek iets van doen heeft met het maken van chips voor computers.
Ze zegt: Ik voel me geweldig bij Intel. Het is van groot belang voor het ontwerpen van chips om te weten wat consumenten ermee doen.
Als we het dan nog niet begrijpen en suggereren dat het verband gejokt is, pakt ze een pen en begint wild te tekenen op ons papier: de chip in het midden, voor alle gebruiksinvloeden die ze noemt komt een flink pijl richting de chip op papier. We willen het niet begrijpen, of liegen we een beetje?
Peter Olsthoorn