Washington werkt aan afluistercompromis

Washington Post bericht over de worsteling in de Amerikaanse hoofdstad rond de Foreign Intelligence Surveillance Act. Na de schandalen van 2008, waarin bleek dat de grote telecombedrijven zoals AT&T geen enkele verweer boden tegen de mees vergaande afluisterpraktijken, tracht Washington het vertrouwen in de rechtstaat zo veel mogelijk te herstellen. Democratische parlementsleden eisen inzage in de correspodnetie tussen de regering en telefoniebedrijven aangaande de vergaande tapbevelen van 2007 en de maatregelen die toen zijn doorgevoerd. Ze willen zich eerst een beeld vormen van de barre parktijk alvorens in te stemmen met een compromies. Ofschoon de meeste Amerikanen inmiddels wel weten dat het voor het afluisteren en andere vergaande handelingen gericht tegen 'terrorisme' geen bal uitmaakt welke wetgeving er is, pogen de Senaat en het Huis van Afgevaardigden toch tot iets van een compromis te komen voor de buitenwereld. Dat compromis behelst het verschaffen van beperkte immuniteit aan de telefoniebedrijven tegen de begerige opsoringsdiensten. De Democraten zijn het onderling niet eens over de mate van bescherming. De Republikeinen daarentegen vormen nu de verdedigers van de telecombedrijven.