Palantir Technologies is in 2004 opgericht door Thiel, Alex Karp, Joe Lonsdale en Stephen Cohen, en heeft dus al dertien jaar geschiedenis met data vergaren en bouw van analysemethoden. Die begon al bij de fraudebestrijding door PayPal onder de hoede van Thiel en Karp.
Nederland spreekt een woordje mee. Er zit Nederlands geld in Palantir. In 2008 stak Reed Elsevier Ventures er samen met de CIA 45 miljoen dollar in, op een waardering van 400 miljoen. Die investering werd 50 keer zo veel waard: 20 miljard waardering nu.
Een tweede Nederlands element is de overname van Silk in Amsterdam in 2014, een bedrijf dat voorp liep in datavisualisatie. Deze maand sluit Silk.co, opgericht door Salar Al-Khafaji, de poorten. Tot eind januari kunnen klanten hun data in een Zip-bestand ophalen.
Thiel is de meest omstreden financier van Silicon Valley, zeker nadat hij Gawker Media de nek omdraaide omdat die (in 2007) zijn geaardheid onthulde. Thiel, vroege investeerder in ondermeer Facebook, PayPal en Airbnb, geldt als een wandelende paradox.
Voor Trump
Thiel stortte 1.250.000 dollar in de verkiezingskas van Trump – na aanvankelijk ex-HP cheffin Carly Fiorentina te hebben gesteund – en hielp hem met de data-analyse van Palantir op nog steeds niet openbaar geworden wijze. Hij werd adviseur van Trump, maar trok zich terug uit onvrede met diens optreden. De invloed van Palantir bij justitie en defensie nam ondertussen flink toe.
Een vroege mede-investeerder was In-Q-Tel van de CIA. Niet omdat Thiel cs. Het geld nodig hadden, maar vanwege gezamenlijke ontwikkeling en klandizie. Zo telde Palantir in 2009 al 1,2 miljard dollar aan Amerikaanse overheidscontracten, van de politie, Homeland Security, CIA, NSA en niet-justitiële organisaties als beurswaakhond SEC. Maar hij stapte ook – met succes - naar de rechter toen Palantir niet mocht meedingen voor een lucratieve legerorder, nog onder het presidentschap van Obama.
Palantir heet regelmatig ‘het meest geheimzinnige bedrijf’ van Silicon Valley. Maar juist vanwege de geheimzinnigheid trekt Palantir journalistieke aandacht, zoals van Wired begin september 2017. Freelancer Mike Harris dook zo diep mogelijk in Palantir’s rol in wetshandhaving, met onder meer vele Wob-verzoeken in Amerikaanse staten.
Palantir Law Enforcement is een belangrijk dataproduct voor opsporing voor Amerikaanse politiediensten, vanwege de combinatie van persoonlijke informatie vanuit heel veel verschillende systemen en sociale media. Maar vooral politiediensten in Californië maken er gebruik van.
Voorspellend speurwerk
Dat verhaal begint met de opmerkelijke rol van data van Palantir in een drugszaak. Een politiechef vroeg Palantir om Informatie bij een nummerplaat en dacht tevergeefs dat de mail-conversatie vertrouwelijk was. Echter, na vier maanden is er nog geen bevredigend antwoord.
Dat is geen uitzondering, zo blijkt uit de mail die journalist Harris van een aantal lokale overheden verkrijgt: ook veel klachten over het gebrekkig functioneren van de software van Palantir en de beroerde service.
Dat neemt niet weg dat Palantir in data-analyse voorop loopt, vooral met belangrijke partner Los Angeles, dat ook data inzet voor voorspellend speurwerk. Waar ook in Nederland een aanvang mee gemaakt is, zonder Palantir.
De samenwerking tussen speurdiensten en Palantir werkt twee kanten op: de politie gebruikt de data van Palantir, maar geeft toegang tot de eigen data en helpt die verrijken met in LA bijvoorbeeld ‘Chronic Offender Bulletins’ oftewel recidivistenrapporten.
Onder de sticker ‘terrorismebestrijding’ kunnen de speurders en leverancier los gaan: zo werken ze nauw samen in een Joint Regional Intelligence Center (JRIC). In de praktijk worden de vergaande methoden dan vooral ingezet voor bestrijding van drugscriminaliteit. Net als in Nederlands met de Regionale Informatie en Expertise Centra (RIEC's) waar de sluizen tussen verschillende datastromen het verst opengaan, teneinde de oprukkende wietcriminaliteit te kunnen bestrijden.
Misbruikrisico groeit ook
De toevoeging van het California Law Enforcement Telecommunications System (CLETS) en alle nummerplaten in de staat aan de data-analyse van Palantir was een belangrijke doorbraak in LA. Die helpt veel misdaad bestrijden, maar leidt – net als in Nederland – ook tot misbruik door agenten voor privédoeleinden en tot foute verdenkingen.
Het risico daarvan neemt toe met de groei van data en gelegde verbanden in combinaties, maal de toename van het aantal speurders dat toegang heeft tot de systemen van Palantir.
Bovendien groeit, zo toont Harris aan, de afhankelijkheid van Palantir. Wat resulteert in brutale facturering die moeilijk te verantwoorden is door de overheden. Bovendien worden de scheidslijnen tussen de loonlijsten van Palantir en overheidsinstanties dunner – zie boven met de Trump-regering. Inkopers worden minder kritisch, ook door de toegenomen afhankelijkheid. De omzet van Palantir spint er garen bij.
Hier en daar keert de wal het schip, zoals met de politie van New York die afscheid neemt van Palantir om verder te gaan met een eigen datasysteem. Waarna een ruzie ontstaat over de rechten op databestanden en de software voor data-analyse. Palantir claimt die uiteraard, want heeft bewust gewerkt aan vervlechting. De wederzijds afhankelijkheid werd aanzienlijk gedurende vijf jaar.
Dan treedt simpelweg hetzelfde ‘lock-in’ effect op als voor consumenten met extensief gebruik van ‘sociale’ netwerkdiensten: als ze zich er met huid en haar aan overgeven, is afscheid nemen geen sinecure.
Vriendelijke jonge technici
Palantir brengt de technologie samen in ondermeer het platform Gotham (voor overheden) en Metropolis (financiële fraudebestrijding). De werkwijze wordt uitgelegd in een promovideo. En in een uitgebreide presentatie over toepassing van kunstmatige intelligentie voor het blootleggen van ‘terroristische cellen’ in de VS. Met allerhande relaties tussen personen en hun intensiteit, zoals met betalingen, telefonie, gebruik van vervoer en vluchten.
Data verkrijgt Palantir van financiële instellingen, mobiele aanbieders en vervoersbedrijven, waarschijnlijk via politievorderingen. Dat alles is fraai gevisualiseerd. En er is nog ‘geospacial’ informatie die niet wordt getoond, maar ook satellietbeelden van bewegingen zal bevatten. Voor de liefhebbers is er nog een videopresentatie door vriendelijke jongeren van Palantir over bestrijding van cybercrime.
En nog een presentatie over de toekomst waarin voor de bühne prominent wordt gesproken over het belang van privacy. Uit hetzelfde jaar 2013 een boeiender verhaal op Stanford van de medeoprichter en toptechnicus van Palantir, Stephen Cohen. Zodra de kritische vragen beginnen, is het openbare verhaal ten einde.
Goede doelen en tentakels
Een jaar eerder sprak Cohen op een congres van Wired over verschrikkelijke misdaad die mede dankzij Palantir wordt bestreden. Bij alle kritiek die Palantir treft vanwege haar methoden en macht, is het kwaad helpen bestrijden als doel op zich onbetwist.
Zo is het grootscheepse bedrog van Bernie Madoff mede aan het licht gekomen dankzij analyse met Palantir. (Ook de vangst van Osama bij Laden wordt toegeschreven aan Palantir, maar bewijs ontbreekt.) Ook hielp Palantir bij de bestrijding van de verspreiding van cholera in Haïti en van ellende door de orkaan Sandy. Het bedrijf zegt dat weldaden voor de wereld het doel vormen.
Maar het tegelijkertijd inzetten van de big data en analyse voor politieke, commerciële, financiële en maatschappelijke doeleinden maken Palantir zelf tot grote verdachte. Daarmee krijgt zijn profilering immers invloed op stem- en koopgedrag te beïnvloeden, maar ook op de toegang tot banen, paspoorten, huurwoningen, scholen, kredieten en verzekeringen.
Temeer daar de klandizie voor de verschillende diensten en methoden obscuur is. Sommige klanten maken zich bekend, zoals de genoemde politie van LA, en financiële groepen als JP Morgan, Zürich, Citibank, farmaceut Merck en Medicare medische diensten.
Soms lekt er iets uit over de activiteiten in de schaduw van Palantir, zoals voor de bestrijding van Wikileaks in samenwerking met de Amerikaanse diensten. Maar tegelijkertijd heeft Palantir een rijtje klinkende namen van personen die deel uitmaken van haar Palantir Council of Advisors on Privacy and Civil Liberties (PCAP), onder wie de hoogleraren Chris Hoofnagle, Nico van Eijk, Susan Freiwald, Dan Solove en Daniel Weitzner.
Geldmachine
Zo wordt Palantir ook een economisch object met een waarde van 20 miljard dollar. Een analyserapport over Palantir op beleggerssite Sharespost, van de hand van Rohit Kulkarni en Jennifer Phillips, geeft op koele wijze aan hoe uiteindelijk de bankrekening van Peter Thiel c.s. wordt gevuld.
Palantir heeft zo’n 2,5 miljard dollar aan investeringen geïnd, het laatst bijna 900 miljoen in 2016. De omzet in 2017 beliep zo’n 3,5 miljard dollar, waarvan bijna de helft van overheden komt.
De groei van Palantir zal ook van de zakelijke markt komen, waar de Amerikaanse investeringen in kunstmatige intelligentie en big data analyse de komende drie jaar met 40 procent stijgen, tot 210 miljard in 2020. Palantir worden grote kansen toegedicht in het bijeenbrengen en analyseren van ongestructureerde data (van bijvoorbeeld Facebook) en gestructureerde data (Excel etc.).
Ook de uitgaven voor misdaadbestrijding en defensie-IT stijgen fors bij alle overheden in de VS, met nieuwe kansen voor Palantir. Maar ook Google, Microsoft, IBM, Oracle en SAP azen op hun orders, net als bij bedrijven.
Ondertussen gloort de buitenlandse markt. Vooral in het Midden-Oosten is veel belangstelling voor de kunsten van Palantir, maar levering is politiek niet altijd mogelijk. Wel werden systemen en diensten geleverd aan overheden in Engeland, Australië en India.
Voor zover bekend zijn er geen klanten in Nederland, maar Europa wordt belangrijker, wat te zien aan de vacatures voor bijvoorbeeld Londen, Parijs, Geneve, Kopenhagen, Stockholm, Oslo, München en daarnaast ook in Tel Aviv, waar Palantir filialen heeft.