In Nederland is de RFID-chip massaal in gebruik ter identificatie van grote en kleine huisdieren. Miljoenen koeien kregen de chip in hun gele oormerk, evenals veel katten en honden die al dan niet tijdelijk verbleven in een asiel. Ook voor het lokaliseren en volgen van mensen kan de chip handig zijn.
De RFID-chip kreeg in oktober 2002 goedkeuring van de Amerikaanse Food and Drugs Administration (FDA). De conclusie van de FDA was dat het apparaatje, ter grootte van een rijstkorrel, geen geneesmiddel is. Het valt dus niet onder wetgeving: iedereen moet zelf weten wat hij onderhuids wil aanbrengen.
Radio frequency identification, oftewel RFID, is oorspronkelijk een methode om logistieke processen te stroomlijnen. Een product of verpakking - bijvoorbeeld een kledingstuk, postpakketje of zelfs een container - krijgt een kleine chip mee die 512 bytes, een halve kilobyte, aan informatie kan herbergen. De chip wordt op een parasitaire manier van energie voorzien: het elektromagnetische veld van de uitleesapparaten die de chip passeert is genoeg om de chip tot leven te wekken, zodat de informatie uitgelezen kan worden.
De informatieopslag, antenne en zendapparatuur: alles zit op een enkele chip. Echt nieuw is het niet, zo lopen koeien al jaren rond met gele oormerken met een RFID-chip. Ook menige kat of hond heeft een RFID-chip onder de huid.
Buiten de logistieke sector was er nooit veel aandacht voor RFID, maar dat verandert langzamerhand: RFID-chips worden steeds kleiner. Op dit moment zijn sommige typen zo klein als een rijstkorrel, en de grens van deze verkleining is nog lang niet bereikt.
Iedereen aan de chip
Het bedrijf Applied Digital Solutions brengt sinds een aantal jaren een RFID-chip speciaal voor mensen op de markt: de Verichip. De marketing begon na 2002, met de WTC-aanslagen nog vers in het geheugen. De bedoeling was "terrorisme tegen te gaan". Mensen zouden eigenlijk allemaal zo'n chip moeten hebben, aldus Applied Digital. Ook richt het bedrijf zich op medische toepassingen. In de chip kunnen 128 bits, oftewel 17 tekens worden opgeslagen. De informatie op deze chip verwijst vervolgens naar een dossier, dat bijvoorbeeld op internet is te raadplegen. Het systeem werkt, maar aangezien ambulancepersoneel niet is uitgerust met een RFID-scanner is het nut beperkt.
Applied Digital wil eerst in Zuid-Amerika groeien. Het bedrijf sloot in Mexico, Colombia, Venezuela en een aantal andere Zuid-Amerikaanse landen overeenkomsten met beveiligingsbedrijven, zo staat althans in aankondigingen. Een van die bedrijven is Metro Risk Management Group, een wereldwijd opererende organisatie die in 1998 werd opgericht door ex-overheidspersoneel van CIA en FBI. Deze onderneming is gespecialiseerd in bedrijfsrecherche en bedrijfsbeveiliging. In Colombia is het Metro Risk Management die ontvoeringen oplost voor bedrijven en welgestelden.
Ook zoekt het bedrijf naar financiële fraude binnen grote ondernemingen. Vanwaar deze interesse? We belden een keer of tien om daarnaar te vragen, maar alle pogingen strandden op de voicemail. Een antwoord bleef tot nog toe uit.
Verder opvallend is dat de 'beveiligers' contractueel hebben vastgelegd enige tienduizenden Verichips weg te zetten. Richard Smith, een consultant op het gebied van RFID-chips: "Het is natuurlijk wel zo dat die voormalige 'securitymensen' een iets andere kijk op de wereld hebben. Maar ik kan nu alleen nog maar gissen wat ze met die enorme hoeveelheid onderhuidse chips gaan aanvangen. Je kan je inderdaad afvragen of een zo'n grote hoeveelheid chips te allen tijde vrijwillig bij de mensen kan worden ingebracht, zeker als je naar de landen kijkt waar ze de dingen gaan slijten."
Smith gelooft niet zo in de toepassingen voor beveiliging van mensen: "Op dit moment lopen er op de hele wereld misschien net honderd mensen rond met die onderhuidse chips. Dat zijn dus vooral mensen die het vanwege een publiciteitsstunt hebben gedaan, want de toepassing is er gewoonweg niet."
Gedetineerden en verdachten
Maar Metro Risk Management heeft geen gebrek aan fantasie om de toenemende gevoelens van onveiligheid uit te baten: "We doen ontvoeringszaken, onrechtmatige gevangenschappen, evacuaties en bedreigingen van gewelddadige arbeidersgroepen... Verder beschermen we expats in gevaarlijke situaties, doen we bewakingen, contraterrorisme, risicoanalyses. In toenemende mate zoeken cliënten ons op omdat we analyses maken van de politieke stabiliteit in een bepaalde regio."
Sommige spirituele organisaties maken zich grote zorgen over de komst van een onderhuidse chip. Het zou in de bijbel beschreven staan als "het teken van het beest". Burgerrechtenorganisaties hebben concretere zorgen: mensen zullen zich niet meer in een privédomein kunnen terugtrekken als overal scanpoortjes staan. De chip is namelijk niet zomaar uit te zetten.
Gevangenen lijken een uitgelezen doelgroep, wellicht daarna ook personen met een strafblad. Een bedrijf dat alle werknemers, of juist het lagere personeel dwingt tot het opnemen van een chip overtreedt de meest basale mensenrechten: integriteit van het lichaam, dat stelt onder meer het EPIC: "Het zijn elektronische halsbanden, een vorm van digitale controle."
Smith blijft sceptisch: "Voor beesten werkt zo'n chip wel, die kunnen niet praten. Applied Digital is hier ook mee bezig, maar verder is het een nogal mistig bedrijf. In het dotcom-tijdperk hebben ze veel bedrijven opgekocht, maar hier niets mee gedaan. Ze hebben een grote schuld gehad bij IBM, maar die is uiteindelijk in de minne geschikt. Pas na 11 september kwam het bedrijf echt serieus met de Verichip op de markt. Ik wil niet zeggen dat het hele bedrijf een farce is, ze maken wel degelijk spullen, maar enige gebakken lucht verkopen op de goede momenten is ze niet vreemd..."
Zie ook:
column Sjoera Nas
Zandkorrelzenders in de tandpasta
De marketingnachtmerrie van Benetton en hoe Philips die veroorzaakte