Was getekend, een bevriende reclamemaker over Pretiumbaas Hans Nyks. Samen maakten ze met het grootste plezier advertenties voor de landelijke dagbladen met lappen tekst over de, volgens Nyks, ware toedracht van kwesties met toezichthouders en media.
Unieke uitingen in de Nederlandse media; een bedrijf dat de vrijheid neemt om tegen betaling haar kant van het verhaal te vertellen. Dat publicaties en uitzendingen ‘recht zette’ en zelfs toezichthouders tartte vanwege straffen voor forse wetsovertredingen.
Jammer dat Pretium geen reclamezendtijd op televisie kocht om de uitingen in Kassa en in Radar tegen te spreken. Dat zou de kers op de taart zijn geweest van de meest curieuze verhouding ooit tussen een Nederlandse onderneming en kritische media.
Recht halen
Net als de rechtszaken miljoenen mochten kosten, spendeerde Nyks ook tonnen aan advertenties. Weinig bedrijven hebben dit ooit in die mate gedaan; laat staan ondernemingen een met de omvang van Pretium Telecom.
In oktober 2008 plaatste Pretium reeds grote advertenties in dagbladen: ‘De andere kant van het Tros Radar verhaal over Pretium Telecom’, gericht tegen de beschuldiging dat de telefonieaanbieder er misleidende verkoopmethoden op nahield. Bovendien was er onvoldoende ruimte voor weerwoord en werd directeur Nyks tijdens zijn betoog naar eigen zeggen 34 keer onderbroken.
Ook in de legendarische strijd met toezichthouder ACM en diens voorgangers werden advertenties ingezet. Pretium hield publicatie van een straf aanvankelijk juridisch tegen, maar verkoos op 7 maart 2009 plotseling de aanval met paginagrote advertenties in landelijke dagbladen met een weerwoord tegen de straf. Opgelegd vanwege agressieve en misleidende verkoopmethoden. ’Consumentenautoriteit manipuleert zoekresultaten’, stond erboven. Daarop vond ACM de geheimhouding van de straf niet langer nodig.
Positief beoordelen rechtszaken
Zo ontbrandde een oorlog tussen media versus Nyks en Pretium, bijgestaan door advocatenkantoor Bird & Bird onder leiding van Marjolein Geus. Pretium investeert veel geld om de grenzen van persvrijheid helder te krijgen en verloor uiteindelijk de meeste zaken met vooral Vara’s Kassa en Tros Radar in baanbrekende vonnissen met winst, nog tot in 2015.
Dat was vooral te danken aan twee journalisten: Arwen Notermans van Kassa en Rosalie Buizer van Radar. Zij voeren al jarenlang een niet aflatende strijd tegen Pretiums praktijken, waarvoor de waardering in andere media en – dus – bij collega’s nagenoeg ontbreekt. De eerste gemuilkorfde Egyptische blogger krijgt meer aandacht in kwaliteitskranten dan de moedige strijd van Tros Radar en Vara’s Kassa.
De wettelijke vereisten voor bedrijven bij telefonische werving schoten schromelijk te kort, waardoor het nauwelijks te doen was om misleiding door Pretiums callcenters waterdicht te bewijzen. Dat hebben Radar en Kassa met hun (geheime) opnames doorgeprikt.
Zelfcensuur
Rechters wegen twee dingen af: persvrijheid versus Pretium’s recht gevrijwaard te blijven van aantasting van eer en naam. Met andere woorden: zijn de beschuldigingen gefundeerd of niet?
Pretium verweet media in essentie publieke klachten voor waar aan te nemen zonder die afdoende te onderzoeken.
Zeer gedetailleerde bestrijding door Bird & Bird was het gevolg. Rechters gingen er aanvankelijk in mee. De Vara klaagde bij de rechter over de ‘agressieve proceshouding van Pretium’. De rechter in Den Haag, Roel Paris, zei dat het ‘nu eenmaal’ zo werkt in Nederland.
Hij weerspreekt (in 2009) dat media door deze houding van Pretium beknot worden in hun vrijheid van meningsuiting Het zogenaamde ‘chilling effect’: zelfcensuur als gevolg van juridische dreiging.
Ik vind dit een volkomen foutieve inschatting van Paris. Alleen al uit kostenoverwegingen mijden media publicaties over Pretium als de pest. Paris koos de kant van Pretium is een aantal keren teruggefloten door hogere rechters en uiteindelijk kregen Pretium en Bird & Bird van rechters de aantijging ‘misbruik van recht’ te horen.
Naarmate de jaren vorderden werden media wel degelijk voorzichtiger met Pretium, ook door het onderwerp te mijden. Helaas werden ook Kamerdebatten en rechtszaken met klachten slecht opgepikt, want daaruit hadden media vrijelijk harde oordelen kunnen citeren.
Niet stilzitten bij het scheren
Media hadden het kwaad met Pretium. Ze waren niet gewend dat een onderwerp van negatieve berichtgeving rechtszaken begon, die tot glashard bewijs noodzaakten voor aantijgingen die op het oog zo klaar als een klontje leken. Tot dan toe was het adagium bij veel bedrijven: blijf stil zitten als je geschoren wordt. Pretium sloeg echter terug.
De strijd van Nyks begon – voor zover bekend - al in 1997 met een rechtszaak tegen Nieuwe Revu over een artikel over Delphi. Dit zusterbedrijf van Pretium kreeg deels gelijk, maar rectificatie was niet nodig. Rechters waren coulant voor Revu.
Ook een volgende zaak in 2003 (over de tussenliggende zes jaar was niets te vinden) ging verloren voor Pretium; een kort geding in Rotterdam tegen NRC Handelsblad. De krant ging in de fout, rectificeerde, maar Pretium vond dat onvoldoende. De voorzieningenrechter vond de rechtzetting wel afdoende.
In de jaren erna was er een tendens om Pretium vaker in het gelijk te stellen. Juist de afgelopen jaren liep de procedeerdrift van Pretium veelal spaak met verloren zaken.
Harde rectificaties
In 2005 ging de KRO over de knie vanwege een niet onderbouwd kritisch artikel over Pretiumwerving in Studio KRO Magazine en op haar website, onder de kop ‘Telefonische overval’. Ongefundeerd en zonder wederhoor. De KRO wordt onder meer veroordeeld tot het plaatsen van een rectificatie in Studio KRO Magazine en op haar website
Ook De Telegraaf moest harde uitlatingen in de kranten van 29 en 31 mei 2007 en op de website rectificeren. Daar die exemplarisch was voor de – in dit geval gewonnen – strijd een groot citaat:
’De Telegraaf heeft die uitlatingen gedaan zonder voldoende en objectief onderzoek te hebben verricht en zonder dat daaraan voldoende feiten ten grondslag lagen. Ook na contact met Pretium heeft De Telegraaf nagelaten haar onjuiste berichtgeving te corrigeren of melding te maken van het standpunt van Pretium.
…Er was geen gegronde reden om aan te nemen dat Pretium bij het aanbieden van haar diensten consumenten misleidt zoals vermeld in het dagblad noch was er sprake van het ‘aftroggelen van klanten’ of het ‘in de maag splitsen’ van een Pretium-abonnement waar vrijwel niet vanaf te komen is; evenmin is aannemelijk geworden dat KPN en de Consumentenautoriteit zijn overspoeld met (gegronde) klachten.’
De krant moest ook Google, Yahoo en Bing verzoeken om het gewraakte artikel te verwijderen uit de cache (archief). De Telegraaf ging in beroep bij het Hof in Amsterdam met een spoedappel, maar verloor dat grotendeels. De aantijgingen van de DeTelegraaf aan het adres van Pretium zijn (deels) bevestigd in later onderzoek van Radar, Kassa en Consumentenautoriteit. Met terugwerkende kracht gelijk hebben biedt geen soelaas.
Vier jaar later was het opnieuw prijs met Rectificatie Telegraaf 29 juni 2011, met een evidente fout over gebrek aan wederhoor: ’Op 27 mei 2011 hebben wij op deze website geschreven dat Pretium een blinde bejaarde heeft opgelicht. Vast staat dat deze beschuldiging onterecht was en dat wij dat hadden kunnen weten indien wij feitenonderzoek hadden verricht…Wij hadden niet tot publicatie van dit artikel moeten overgaan.’
AD en Volkskrant winnen
Ondertussen verloor Pretium twee keer van het AD. In 2007 was het artikel ‘Ze pakken vooral oudere dames’ in het geding. De rechter oordeelde dat AD goed onderzoek had gedaan. Pretium kreeg voldoende mogelijkheid tot wederhoor, maar had vele verzoeken om een reactie genegeerd en getraineerd.
In 2011 klaagde Pretium het AD in kort geding aan voor drie artikelen. De voorzieningenrechter vond twee artikelen te lang geleden gepubliceerd (vijf maanden) om nog te rectificeren en ze waren niet online toegankelijk. Een derde artikel had AD reeds deels rechtgezet.
De zusterkrant bij Persgroep, De Volkskrant, ook bijgestaan door advocaten van Kennedy van der Laan, won eveneens na een vrijwillige rechtzetting. Het betrof het artikel De klachtenstroom over Pretium houdt maar aan van 9 maart 2012. Pretium startte daarop een kort geding.
Een dag voorafgaand aan de zaak, op 11 mei 2012, volgde een rectificatie: ’Volgens het artikel liet het televisieprogramma Radar van de TROS zien dat 'de callcentermedewerkers dreigen dat de telefoon wordt afgesloten als er niet wordt ingestemd met een Pretium-abonnement, of dat zij zich voordoen als iemand van KPN die met een speciale aanbieding komt, terwijl het eigenlijk om een nieuw abonnement bij Pretium gaat. Deze eerste beschuldiging is onjuist en de tweede komt niet in de Radar-uitzending voor.’
In kort geding oordeelde de voorzieningenrechter in Amsterdam op 24 mei 2012 dat wederhoor niet betekende dat De Volkskrant vooraf de volledige tekst van het artikel aan Pretium had moeten voorleggen, want dat zou in strijd met de journalistieke vrijheid zijn. Pretium had wederhoor geweigerd zonder volledige tekst in te kunnen zien.
Wat betreft de inhoud mocht De Volkskrant uitgaan van de toen geldende rechtspraak over Tros Radar. Klachten over Pretium waren algemeen bekend. Een kop boven een artikel mag uitgesproken en ongenuanceerd zijn, en deze werd niet inhoudelijk beoordeeld. De Volkskrant won ook het door Pretium aangespannen beroep, waarin het Hof van Amsterdam op 5 maart 2013 oordeelde.
Voor publicatie al zaak
Media hoefden dus artikelen voor publicatie niet voor te leggen aan Pretium, maar om ellende te voorkomen deden ze dat wel. Bijvoorbeeld de regionale kranten van HDC Media in 2007 met een artikel van hun Ombudsman. Prompt probeerde Pretium In een kort geding publicatie tegen te houden. Dat slaagde. Op 19 juli 2007 oordeelde de voorzieningenrechter dat de HDC-kranten artikelen moesten aanpassen.
Dat was uniek, omdat rechters normaliter vooraf gevorderde verboden op publicatie en uitzending afwijzen. Anders is sprake van censuur. Zo verloor Pretium in 2009 een kort geding tegen NOS met als eis vooraf om een item in het Journaal niet uit te zenden.
De regionale krant Twentsche Courant Tubantia wist juist een publicatieverbod te voorkomen. De krant van uitgever Wegener plaatste op 13 juli 2013 een online ‘lezersoproep’ voor negatieve ervaringen met Pretium. De krant kondigde aan dit te gaan onderzoeken. Pretium achtte de lezersoproep onrechtmatig gezien beschuldigingen en insinuaties vooraf en spande een kort geding aan waarvan de behandeling op 11 september plaatsgreep. Eind augustus had Tubantia echter al een artikel klaar over Pretium. Het concept werd aan Pretium toegezonden met het verzoek te reageren. Dat deed Pretium niet, maar spande vervolgens een tweede kort geding aan waarin een publicatieverbod vooraf werd geeist. Ook werd afgifte van alle ingekomen reacties met NAWT-gegevens (naam, adres, woonplaats en telefoonnummer) geeist, zodat zij de klachten inhoudelijk zou kunnen controleren.
De eerste uitspraak, 6 september 2013, kort geding Almelo (mondeling reeds op 30 augustus zodat gepubliceerd kon worden), had betrekking op het tweede kort geding: Tubantia en Wegener hoefden de klachten en de gegevens van de klagers niet te delen gezien de journalistieke bronbescherming en waakhondfunctie. Pretium had ook maar gewoon het gevraagde commentaar moeten leveren als de inhoud niet deugde.
De rechter beaamde op 2 oktober 2013 dat Tubantia het krantenartikel met een verslag van het onderzoek gepubliceerd op 31 augustus 2013 - één dag nadat mondeling was beslist dat de publicatie niet verboden kon worden – niet hoefde te rectificeren.
De rechter oordeelde wel dat de oproep om klachten over Pretium te sturen reeds te vergaande beschuldigingen bevatte. Dat was best ingrijpend. Media mogen niet zomaar een oproep plaatsen met een vraag om negatieve ervaringen over een bedrijf of organisatie. Gezien de oproepen die nog regelmatig verschijnen over andere organisaties is deze eis voor neutraliteit niet breed doorgedrongen bij media.
Het artikel schreef Tubantia toe aan ‘de lezers’ als bron: ‘De telefonische werving door Pretium wordt misleidend of onduidelijk genoemd. Vooral veel ouderen - of namens hen hun kinderen- reageerden.’
Vara’s Kassa
Kassa bond als eerste tv-programma de kat van Pretium de bel aan. Onder leiding van redacteur Arwen Notermans versaagde de redactie nimmer onder de grote juridische druk van Pretium. Deze moedige houding werd na jaren zware strijd beloond met een forse overwinning en nieuwe wetgeving.
Al in april 2007 toonde Kassa in een item van bijna twintig minuten de discutabele belmethoden van Pretium, met tientallen gedupeerden in de studio. Waaronder een 94-jarig slachtoffer en een transcriptie van een banaal gesprek met haar. In een telefoongesprek met Nyks, in de uitzending nagespeeld, zegt deze dat het onmogelijk is dat klagers geen besef hadden dat ze een abonnement afsloten met Pretium Telecom. Hij wordt boos als hij in een tweede gesprek wordt herinnerd aan zijn toezegging voicelogs te sturen, en beëindigt het gesprek verontwaardigd.
De Kassa-redactie mocht de opgenomen laatste delen van de gesprekken met klanten - waarin het contract wordt afgesloten - bij Pretium op kantoor beluisteren. Zonder de hele aanloop naar die mondelinge overeenkomst te kunnen beluisteren was Kassa niet overtuigd van een juiste gang van zaken in de verkoopgesprekken. Kassa liet op tv een ‘behoorlijk misleidend’ wervingsgesprek in z’n geheel horen.
Stichting de Ombudsman en ConsuWijzer laakten vervolgens de ‘handelswijze Pretium’ in de uitzending en stelden wetsovertredingen vast. De Consumentenautoriteit liet weten er onderzoek naar te verrichten. Kassa bood de kijkers verwijzingen naar de Geschillencommissie en voorbeeldbrieven voor opzeggingen bij Pretium op de website.
Kassa kreeg brieven van de advocaat van Pretium, met volgens de redactie zeer dreigende toonzetting. Er volgde geen rechtszaak tegen de Vara, wel tegen Stichting De Ombudsman en de Consumentenautoriteit. Zij hadden ongegronde conclusies getrokken volgens Pretium. Dat de zaken won, dus deze organisaties spraken voor hun beurt.
In 2009 besteedde Kassa vier keer achtereen aandacht aan Pretium. Op 7 februari werd de uitvoering van de Coulance Regeling Ouderen van Pretium uitvoerig op de korrel genomen. Een oplossing voor een probleem dat ze zelf creëert, volgens Kassa, door ouderen ongewild klant te maken. Kassa toonde een dementerende bejaarde die de dupe was geworden.
Pretium-advocaat Marjolein Geus sprak in de uitzending van ‘een hoge uitzondering’ en ‘door de bank genomen gaat het heel goed met de coulanceregeling’: zo’n 2.000 gevallen zijn goed verholpen, 85 procent van de aanvragen werd geaccepteerd. Schrijnende gevallen waarover verhaald in de uitzending noemt Geus ‘buitengewoon verdrietig dat deze mensen het gevoel hebben dat ze worden tegengewerkt…dat is het laatste wat Pretium beoogt’.
Let op de formulering ‘het gevoel hebben dat…’, daarmee de barre feiten miskennend. Geus werd weggelachen en weggehoond, temeer daar ze hoog opgaf over de klanttevredenheid.
Een week later, op 14 februari 2009 (met video) kwam Pretium weer in beeld vanwege het dagvaarden van twee oudere consumenten, die door de Geschillencommissie in het gelijk waren gesteld. Over de rug van klagers die gelijk kregen, wilde Pretium de Geschillencommissie aanpakken.
Kassa toonde ook ex-callcentermedewerkers die uitlegden op welke wijze ze mensen in werving voor Pretium in de luren konden leggen. ’Pakken wat je pakken kan’, de manier waarop deed er niet toe. Pretium weigerde naar de studio te komen, omdat Kassa op het laatste moment de inhoud van de uitzending nog wijzigde; `een verrassingsaanval’ die inging ‘tegen elke journalistieke zorgvuldigheid’.
Op 7 maart kwam de roemruchte paginagrote advertentie van Pretium over de veroordeling van de telemarketingpraktijken door de Consumentenautoriteit aan bod. Marije Hulshof van CA kwam aan de telefoon om de inhoud van de overtredingen te verwoorden, zoals die in een artikel over ACM zijn beschreven.
Op 4 april (zie ook video) sloeg Kassa opnieuw aan voor Pretium. Kassa toonde twee recente opnames van volledige verkoopgesprekken waaruit volgens haar onomstotelijk bleek dat Pretium zich niet hield aan de wet en de regels die daarvoor golden. De schriftelijke reactie van Pretium was dat het uitzonderingen betrof, de medewerkers hielden zich niet aan het script en waren inmiddels ontslagen.
Pretium vond dat de tv-uitzending van zowel 14 februari als 4 april volkomen onrechtmatig tot stand was gekomen en beschuldigde Kassa van ‘inquisitiejournalistiek’. De Haagse voorzieningenrechter Roel Paris ging daarin mee en vonniste op 29 juni 2009 in kort geding verwijdering van internet van beide gewraakte uitzendingen. En rectificatie online en in de eerstvolgende uitzending: ‘De Vara heeft zonder objectief onderzoek te hebben verricht en zonder dat daaraan voldoende feiten ten grondslag liggen Pretium Telecom in een kwaad daglicht gesteld.’
Hij ging mee in de beschuldiging van Pretium dat ze zich niet kon verweren tegen anonieme bronnen en dat Kassa de klachten onvoldoende had uitgezocht en onderbouwd. ’Wat opvalt in deze zaak is dat de Vara in korte tijd vier uitzendingen besteedt aan Pretium en hierin meermalen melding maakt van grote hoeveelheden klachten, zonder dat zij daarbij een nuancering aanbrengt, bijvoorbeeld door uiteen te zetten dat de gegrondheid van deze klachten niet vaststaat of op de lopende bezwaarprocedure tegen de Consumentenautoriteit te wijzen. Daarnaast is de berichtgeving op diverse onderdelen suggestief van aard.’
Ook schoot wederhoor tekort: ‘Gelet op de ernstige beschuldigingen doet een weergave van een reactie van twintig seconden in een item van twintig minuten geen recht op het aan Pretium toekomende wederhoor.’
De vordering om uitingen van het forum te verwijderen van ‘HerrDoktorOetker’ (Der Pretiumführer, De Pretiumgids en De Telefoongids) werd afgewezen.
In het hoger beroep doet het Gerechtshof Den Haag uitspraak op 12 januari 2010 en veegt het vonnis van de voorzieningenrechter van tafel. Vara heeft gedegen onderzoek gedaan en dat voldoende in alle opzichten onderbouwd. Het betrof niet enkele klachten of uitzonderingen, maar ook een door de Consumentenautoriteit substantieel aantal geconstateerde overtredingen. Ook kreeg Pretium voldoende gelegenheid tot wederhoor en is het haar eigen schuld daar geen gebruik van gemaakt te hebben.
De Hoge Raad maakte het op 30 november 2011 (Parket en Arrest) gedegen af met de opmerking dat ’…van de kant van Pretium een onjuiste, (veel) te hoge norm wordt bepleit voor de van publiciteitsmedia te vergen zorgvuldigheid bij het openbaar maken van voor derden nadelige uitingen.’ Advocaat-Generaal Toon Huydecoper trekt dezelfde lijn voor Radar en Kassa. Er is voldoende onderzoek gedaan of klachten gegrond waren, punt uit.
Ondertussen kreeg Kassa in mei 2009 in kort geding in Den Haag een online publicatieverbod en rectificatiegebod voor een column van eindredacteur Renzo Veenstra in Kassa Magazine. Zijn beschuldigingen over de werving van Pretium kenden volgens de voorzieningenrechter geen grond. Gedegen onderzoek en wederhoor ontbraken.
De kansen keerden voor Kassa bij het beroep voor het Gerechtshof in Den Haag, eveneens gepubliceerd op 12 januari 2010, door dezelfde rechters die de kort geding-veroordeling van de uitzendingen van Kassa van tafel veegden. Ook nu floot het trio rechters de voorzieningenrechter Roel Paris terug voor zijn snelle veroordeling van Kassa.
De column van Veenstra was ruim voldoende op feiten gebaseerd. Net alszijn mededeling dat Pretium poogde om Kamerlid Mei Li Vos te muilkorven toen ze een bericht met Kamervragen over Pretium naar buiten bracht. Ook was er geen noodzaak voor wederhoor. Een belangrijke uitspraak voor de journalistiek, waarin wederhoor als een soort Pavlov-reactie juridisch absoluut noodzakelijk zou zijn.
Het Hof legde in de boeiende uitspraak de volledige schuld van de vele negatieve publiciteit eenvoudigweg bij Pretium zelf: ’Deze uitwas is gevolg van Pretium’s keuze om gedurende zo lange tijd geen dan wel onvoldoende consequenties te verbinden aan de klachten. ‘
Kassa maakte in de uitzending van 16 januari (met video) gewag van de eclatante winst. ’Maar het Hof laat nu van dat oordeel geen spaan heel. Kassa maakte geen enkele fout in haar berichtgeving over de klachtenstroom rond Pretium Telecom.’
Op 30 november 2012 oordeelde de Hoge Raad (conclusie en arrest) negatief over de cassatie van Pretium ingesteld tegen dit arrest van januari 2010. Het komt erop neer dat Pretium volgens de Hoge Raad abnormale journalistieke eisen stelt aan onderzoek van klachten.
Het stond Kassa vrij te berichten over klachten over ervaren misverstanden door vermeende misleiding van – vooral oudere - klanten door Pretium zonder tot in detail te onderzoeken of ze gegrond waren.
’Of een dergelijk misverstand objectief gerechtvaardigd was, zoals Pretium omstandig en tot in detail betwist, is in dit verband evenmin van belang. Bij dit alles moet worden bedacht dat het in dezen gaat om veelal hoogbejaarde personen…’
Deze ouderen kunnen eenvoudig menen dat KPN belt. Juist de Coulanceregeling van Pretium bevestigt dat dergelijke misverstanden geen uitzondering vormen, aldus de priemende vinger van de slimme raadsheren.
Aan de ontkenning door Pretium hoeven journalisten zich volgens de Hoge Raad niet meer zo bar veel gelegen laten liggen. Inmiddels zijn er zoveel gelijkluidende berichten verschenen dat media die ook mogen publiceren zonder min of meer onomstotelijk bewijs. Deze opvatting zou immers betekenen dat de nieuwsvoorziening en het commentaar op nieuws in de media voor een belangrijk deel onmogelijk zouden worden. Zo ver waren rechters in de eerste periode-Pretium vaak nog niet.
Pretium begon ook een bodemprocedure, gericht tegen een tweede artikel in Kassa Magazine, van maart 2010: De praktijken van Pretium (2).
Daarin nam de Vara onder meer de winst in het beroep van januari 2010 mee en herhaalde dus de eerder geuite beschuldigingen. Met de toevoeging dat Pretium de vrijheid van meningsuiting tart en klachten kennelijk niet serieus neemt.
In december 2012 volgt in deze derde serie rechtszaken de uitspraak van het trio Haagse rechters in het voordeel van de Vara en Kassa. Deze vierden hun triomf in Kassa van 15 december 2012.
Pretium tekende verrassend genoeg geen beroep aan, wellicht vanwege de besliste formuleringen van het vonnis. Inmiddels was Pretium in de rechtsgang van het kort geding al in cassatie gegaan.
De rechtszaken hadden niet tot gevolg dat Kassa Pretium verder maar met rust liet. Op 10 maart 2012 was Pretium wederom onderwerp in Kassa, voor de zesde keer in zes jaar tijd. Nog altijd is het hommeles met de telefonische werving, af te sluiten contracten en opzeggen. Bij een beroep op de Coulance Regeling Ouderen eist Pretium een ‘verklaring van handelingsonbekwaamheid’. Je verzint het niet, maar de barre realiteit is reden genoeg voor hernieuwde aandacht. Te meer daar veel mensen melden dat ze het contact met Pretium als zeer onaangenaam ervaren. Na zeven brieven van advocatenkantoor Bird & Bird vertelt directeur Hans Nyks zijn – bij Pretium opgenomen - kant van het verhaal in de uitzending (vanaf 8.30 minuten en vanaf 16.00 minuten). Eén klacht vindt hij gegrond, de rest niet. Pretium stopt met het vereisen van de verklaring bij wilsonbekwamen, het was een proef. Woordvoerders van ouderenbond Anbo en de SP (Sharon Gesthuizen) laken de ‘heel onfatsoenlijke’ manier van zaken doen.
Nyks voelt zich ernstig tekortgedaan door de teneur van de uitzending en stapt naar de rechter. Na een tussenvonnis in juni volgt in november 2013 het definitieve vonnis van de rechtbank Amsterdam. Pretium heeft zich hersteld van de klap en wint grotendeels, wat betekende dat Kassa toch de hand overspeeld leek te hebben.
Kassa had weliswaar gedegen werk gedaan met zo’n twintig ‘gedupeerden’ van Pretium. (gemiddelde leeftijd 88 jaar!). Echter, in één geval was de Kassa-redactie te gretig geweest en had de onderzoeksuitkomst van Pretium niet afgewacht. Juist voor één zeer ernstige en beeldbepalende klacht: van een inmiddels overleden persoon die door toedoen van Pretium niet meer kon bellen.
’Vara heeft dus willens en wetens het risico aanvaard dat zij ten onrechte aan Pretium Telecom in de uitzending een ernstig en sterk diffamerend verwijt maakte’, aldus de rechter. Het programma moest de uitzending over Pretium van het internet weghalen en rectificeren. Dit gebeurt in de uitzending van 7 december 2013.
Wederhoor van Pretium was wel voldoende volgende de rechtbank. Toch moest een deel van de uitzending online worden geknipt en vervangen. Dat laatste gaat mis.
Dus in januari 2014 spant Pretium een kort geding aan, omdat Kassa het vonnis van november niet goed uitvoert. Pretium wil de maximale dwangsommen innen, tot 500.000 euro. In de uitspraak wijst de voorzieningenrechter Pretium hard naar de hoek:
’Voor Pretium moest echter duidelijk zijn dat het om een vergissing ging, omdat het onrechtmatige fragment op enkele van de door Vara beheerde media was vervangen door de hermontage.
Uit de keuze van Pretium om niet meteen bij Vara aan te kloppen blijkt dat het haar niet zozeer ging om beperking van haar reputatieschade, waar de veroordeling wel toe strekte. Pretium executeert de dwangsommen dan ook voor een ander doel dan waarvoor die zijn opgelegd.’
Dit komt inclusief de oordelen ‘misbruik van bevoegdheid’ en ‘misbruik van recht’. Daar kunnen Pretium met directeur Nyks en vooral advocatenkantoor Bird & Bird het mee doen.
Nyks en Geus laten dit uiteraard niet op zich zitten en gaan in beroep. In december 2014 bekrachtigt het Gerechtshof Amsterdam het vonnis in kort geding grotendeels. Pretium bijt in het stof en Vara wint. De boeiende details staan in het vonnis.
De oorspronkelijke uitspraak van de rechtbank van november 2013 komt ook in beroep voor het gerechtshof in Amsterdam. Dat dient in haar vonnis van april 2015 Pretium nog een klap toe. In november 2016 is dit bevestigd door de Hoge Raad, nadat Pretium in cassatie ging.
De uitzending van maart 2012 was juist. Ook dat ene geval - van de overleden mevrouw Glas - waarin Kassa volgens het geding in de fout ging, was achteraf gezien in lijn met de rest van de uitzending en terecht zo geïnterpreteerd. De scene van Kassa op de begraafplaats getuigt volgens de rechter van slechte smaak, maar is niet onrechtmatig. Pretium moet ook de dwangsom van 20.000 euro nog terugbetalen.
Kassa kwam daar uiteraard op terug, inclusief dit fragment. De Kassaredactie heeft baanbrekend werk verricht voor de tv-journalistiek, al is de aandacht in de media voor haar overwinning wederom lauw. Pretium gaat in cassatie. Aan de juridische strijd van de media wijdde Gert van de kraats, de burger die zelf Pretium bestreed, een analyse.
Tros confrontatie
De krachtmeting tussen Pretium en Tros Radar begon 22 september 2008 in een kort geding in Amsterdam met wederom een poging om uitzending vooraf tegen te houden. Het betrof vooral een geheime opname in een callcenter waar een undercover-journalist de fijne kneepjes van de Pretium klantenwerving leerde.
Pretium slaagde en voorzieningenrechter Sjoukje Rullmann vonniste ook dat Tros klachten aan Pretium ter beschikking moest stellen voor wederhoor en de namen van callcenter en opleider moest noemen.
Een week later hetzelfde toneelstuk, zelfde spelers en zelfde eis van Pretium; een uitzendverbod. Tros Radar zou wel de naam van het callcenter (CPM Nederland) verstrekt hebben maar verder in gebreke zijn gebleven.
Nu was het welletjes, vond Rullmann en Tros mocht uitzenden. De uitzending op 29 september 2008 liet weinig te raden over de ‘methode-Pretium’.
Strijd via advertenties
Wie dacht dat Pretium het verlies zou slikken, kwam bedrogen uit. Er ontbrandde een heftige strijd. Pretium publiceerde de eerdergenoemde paginagrote advertentie gericht tegen Radar. Op deze advertenties reageerde Tros Radar op 20 oktober 2008 met wederom aandacht voor Pretium. Antoinette Hertsenberg publiceerde dezelfde dag een column over de kwestie op de site van Tros Radar. Het boegbeeld van Radar zette Pretium weg als een leugenachtig bedrijf:
’Hoewel Pretium-medewerkers zeer regelmatig in het callcenter aanwezig waren, doet de directie nu diep geschokt over de verkoopmethoden die gehanteerd worden: mensen overvallen, mensen onbeschoft te woord staan en de feiten verdraaien. Ik vind het niet erg geloofwaardig…
PS Trouwens, meneer Nyks, uw kale spreektijd was bijna vier en een halve minuut en niet 3 minuten zoals u in de krant schreef. En dat is veel meer tijd dan de 20 seconden voicelog waarin mensen worden vastgeprikt aan uw contracten.’
Dus weer een kort geding, over de uitzending en de column. Twee beschuldigingen stonden centraal: dat consumenten zich overrompeld en misleid voelen door de telefonische werving en dat Pretium zich met name richt op kwetsbare consumenten, ouderen in het bijzonder.
In februari 2009 deed de voorzieningenrechter in Den Haag uitspraak. Niet enkel mocht Radar de verborgen camera inzetten, maar ook de beelden zodanig monteren dat de kwade kanten werden benadrukt. Tros moest echter de column verwijderen, evenals de voorbeeldbrief om de overeenkomst met Pretium te ontbinden.
In de eerstvolgende uitzending en op de site moest zes maanden lang de volgende rectificatie komen: ’…Daarbij is de suggestie gewekt dat Pretium Telecom zich voornamelijk zou richten op kwetsbare consumenten, ouderen in het bijzonder….wij deze suggestie niet voldoende met feiten hebben onderbouwd en dat TROS Radar daarom in dit opzicht onzorgvuldig en daarmee onrechtmatig tegenover Pretium Telecom heeft gehandeld.’
De rechter veroordeelde de uitzending en column verder niet, maar dit ene punt was weer voldoende om Pretium een beetje winst te bieden. De juridische kronkel in voetbaltermen: je mag wel schrijven dat voornamelijk Van Persie scoort, maar niet dat de meeste voorzetten op hem gericht zijn.
Deze rechter werd in het beroep gecorrigeerd door de drie rechters van het Hof in Den Haag. Op 22 juli 2009 won Radar alsnog en de column en uitzendingen mogen onverkort beschikbaar blijven op de website. De rectificatievordering was onjuist.
Pretium stapte uiteraard naar de Hoge Raad om dit vonnis ongedaan te laten maken, maar deze handhaafde de uitspraak in april 2011 en Pretium beet in het stof. De Hoge Raad stelt onder meer vast dat de strenge regels van de Raad voor de Journalistiek voor het hanteren van de verborgen camera juridisch te restrictief waren voor Tros Radar. Ook gelden de krantenadvertenties van Pretium als weerwoord op de gewraakte uitzending van Radar.
Ondertussen begon Pretium in februari 2011 nog een andere rechtszaak vanwege de beschuldigingen in Radar: agressieve en/of onfatsoenlijke belpraktijken, misleiding, najagen van kwetsbare consumenten, ouderen in het bijzonder. De inhoudelijke vordering van Pretium, om online-uitzendingen en forums weg te halen, werd afgewezen.
Wel werd Tros geboden om het ruwe beeld- en geluidsmateriaal van de verborgen camera-opnamen in z’n geheel af te staan. Dat was een uniek vonnis, journalistiek gezien bizar en in strijd met het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) aangaande bronbescherming.
In september 2011 werd het malle vonnis bevestigd. Pretium moest echter op haar beurt ook eigen opnames, gemaakt in datzelfde callcenter aan Tros Radar overhandigen.
De dwangsommen doen hun werk. Pretium gaat nu vol op het orgel, met beslaglegging op de rekeningen van de Tros, aangevochten in kort geding met toegevoegde eisen van beide partijen. Tros hoeft nog niet alle beeldmateriaal over te dragen aan Pretium, dat deze zaak verliest. De juridische haarkloverij is nauwelijks meer inhoudelijk te volgen.
Nog is de kwestie bij lange na niet afgewikkeld, want in 2012 heeft de rechtbank tijd voor de bodemprocedure. Maar de procedeerzucht van Pretium werkt niet meer. In juli ging de eerste rechtszaak verloren.
Radar laat Pretium niet los
Tros Radar laat zich ondanks de aanhoudende juridische dreiging niet klein krijgen. In oktober 2014 volgt een vernietigende uitzending voor Pretium met een oude vrouw, die erin geluisd wordt om een abonnement bij Pretium te nemen.
Het gaat om het zogenaamde schriftelijkheidsvereiste. Sinds juni 2014 moet er na het telefonisch verkoopgesprek ook een schriftelijke bevestiging gevraagd worden. Pretium vindt het afdoende als nieuwe klanten op ‘toets 1’ drukken ter bevestiging, en blijft daarbij in een commentaar op de uitzending.
Pretium spande een rechtszaak aan en verloor die met de uitspraak van 5 augustus 2015. Pretium heeft geen recht om de echtheid van het gesprek en de consumentenklachten voor uitzending te onderzoeken. Ook heeft Pretium geen absoluut recht op een studiogesprek om haar kant van de zaak uit te leggen, ofschoon de rechter het beter acht dat Pretium die kans wel had gekregen.
De Tros werd niet veroordeeld voor het feit dat ze Pretium in het ongewisse had gelaten over de uitzending, uiteraard met het oog op voorkoming van een kort geding vooraf met een eis tot een verbod op uitzending.
De rechter keek nu ook naar het ‘hele plaatje’: ’In verschillende consumentenprogramma’s (en publicaties in dagbladen) is de afgelopen jaren aandacht besteed aan de wervingsmethode van Pretium… de grote aantallen klachten die door consumenten zijn geuit…de communicatie van Pretium leidt bij consumenten regelmatig tot misverstand over de identiteit van Pretium.’
En ook: ’In het licht van dit een en ander kon Pretium niet volstaan met haar nauwelijks onderbouwde stelling dat het telemarketinggesprek een incident vormde en niet representatief is voor haar methode van werving.’
In feite is hiermee zowel juridisch als algemeen een voldongen feit aanvaard dat media mogen schrijven dat de werving van Pretium niet deugde. Daar hadden rechters wel een jaar of tien voor nodig gehad. Een eclatante overwinning voor Radar en met name redacteur Rosalie Buizer.
GeenStijl en privé websites
Hoewel vooral Radar en Kassa Pretiums werving op de korrel namen, deed ook Omroep Max in april 2008 nog een duit in het zakje met melding van veel klachten over Pretium. Een kort geding was het gevolg. Waar Den Haag aanvankelijk Pretium wel goedgezind was, stelde de Amsterdamse voorzieningenrechter Pretium in het ongelijk: ’Daarmee miskent zij [Pretium] echter dat MAX in het programma aan de orde heeft gesteld dat mensen en met name ouderen zich, ook als alles volgens de regels verloopt, overdonderd voelen en de indruk hebben dat hun iets werd aangesmeerd waar ze maar ternauwernood vanaf zijn gekomen.’
Pretium pakte niet alle media aan. Een harde uiting van GeenStijl staat nog online: Pretium. het kutste bedrijf van Nederland. Het haalde een lijst met meest gelezen artikelen. Aan te merken als satire, maar de vraag is of Bird & Bird er intern nog discussie over had of dit een rechtszaak waard was.
Het advocatenkantoor sloeg wel aan nadat een echtpaar de frustraties over Pretium botvierde op eigen websites. De inhoud en de namen van de websites werden met succes op de korrel genomen. Het echtpaar dat met de onderneming Newice in Drunen – een webbouwer - wraak wilde nemen op Pretium, moest ervaren dat de vrijheid van meningsuiting begrensd is.
Ze registreerden de domeinen Pretiumonline.com en Pretiumonline.nl en voor een te tekenen onlinepetitie Pretiumpetitie.nl, Pretiumpetitie.com en Pretitie.com. Niet handig, want Pretium is een beschermd merk. Op dat punt werd het kort geding van november 2012 uiteraard verloren.
Inhoudelijk betrof het dispuut over een abonnement bij Pretium Telecom van mevrouw Staadegaard-Van der Leeuw, moeder en schoonmoeder van de aangeklaagden, volgens hen tot stand gekomen met een vals voorwendsel van het callcenter van Pretium dat er namens KPN werd gebeld.
Op de websites waarop dit was beschreven, stonden ook de harde beschuldigingen ‘PRETIUMONLINE OPLICHTERS’ en ‘HET MEEST ONBESCHOFTE BEDRIJF OOIT!! BEDROG LEUGENS SMERIG’. Ook in tweets over Pretium op het account @newice.nl werd de mate van onhoffelijkheid van Pretiums klantenwerving danig overtroffen.
‘Bedrog’ en ‘oplichters’ zijn geen meningen, maar juridisch gezien beschuldigingen. Dat kon de familie niet staven met feiten. Het aan de kaak stellen van misstanden is toegestaan, mits dat rechtmatig gebeurt. Pretium gebiedt de websites offline te halen, maar dat willen aangeklaagden alleen doen als het contract met moeder Staadegaard wordt beëindigd. Die opzet mislukt uiteraard.
Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, al werd Pretium in een tussenvonnis nog geboden om de voicelogs van gesprekken met de oude vrouw te overleggen aan het echtpaar van Newice. Overtuigend bewijs voor ‘oplichting’ door Pretium was daaruit echter niet op te maken.
Gert van de Kraats wint
Aanzienlijk beter verging het genoemde Gert van de Kraats, drogist in Veenendaal. Hij vocht in april 2009 met succes een besluit van de Geschillencommissie aan in zijn zaak tegen Pretium voor de Haarlemse rechter. Het betrof een geschil over een contract met zijn 82-jarige ouders, afgesloten rond hun verhuizing naar een verzorgingstehuis.
Schrijnend geval, waar bij de Geschillencommissie de lafheid toonde om Pretium niet te durven veroordelen. De rechter dacht er anders over en veroordeelde de Geschillencommissie en daarmee Pretium: ’De uitspraak van de Geschillencommissie is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.’
Van de Kraats vreesde dat de uitgebreide documentatie over Pretium en aanverwante bedrijven op zijn website hem opnieuw in een kostbare rechtszaak zou dwingen. Maar Pretium liet hem ongemoeid. Moed kan hem bepaald niet ontzegd worden.
Echter, om een vuist te kunnen maken tegen bedrijven als Pretium was de macht van de traditionele (massa)media nodig. Tros en Vara hebben tonnen moeten besteden om laakbaar handelen van Pretium te bestrijden.
De rechterlijke macht zag Pretium aanvankelijk vooral nog als slachtoffer van media en had vele jaren nodig om tot hoofdzakelijk negatieve uitspraken over deze onderneming te komen.
Illustratief is dat zelfs met heel veel klachten van ouderen ze de media nog niet toestonden om Pretium ervan te betichten vooral ouderen op de korrel te nemen. Ook dit bastion werd ten langen leste geslecht.
Uiteindelijk klonk zelfs de term ‘misbruik van recht’ in de rechtszaal, om de overmoed van Pretium te logenstraffen in een poging bij de Vara 500.000 euro te innen vanwege een foutje met online verwijdering van uitzendingen.
Pretium houdt echter moedig vol en blijft rechtszaken tegen media voeren. Voor het eerst wordt zelfs gevorderd dat een journalist (schrijver dezes) stopt met onderzoeken nog voor er één fragment is gepubliceerd….
(Beeld uit uitzending Tros Radar 29 september 2008)
*) Deze artikelenserie kwam tot stand met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten